Het tellen van demonstranten is belangrijk: ‘Je wil dat het gaat over de boodschap, niet over het aantal mensen’

6 uren geleden 1

Volgens de overlevering was het protest tegen de plaatsing van kruisraketten – in 1983 in Den Haag – met 550.000 deelnemers het grootste in de Nederlandse geschiedenis. Er werd door de organisatie hard gerekend om het aantal aanwezigen in te schatten – daarvoor keek ze onder meer naar de verkoop van treinkaartjes en het aantal gehuurde bussen. Logisch, want het aantal mensen dat op komt dagen, laat zien hoeveel draagvlak de boodschap geniet.

Aantallen zijn politiek, ziet ook Stefan Verwer, communicatiemanager bij Oxfam Novib. Verwer werkte mee aan de inschatting van het aantal mensen dat afgelopen zondag de Rode Lijn-demonstratie van Oxfam Novib bijwoonde.

Sommige betogers haakten af bij het Vredespaleis, bijvoorbeeld mensen die slecht ter been waren

Die middag meldde de organisatie dat 150.000 mensen aanwezig waren bij het protest in Den Haag. Met de demonstraties wil de organisatie doorgaan totdat „de Nederlandse politiek de Rode Lijn trekt en de Nederlandse medeplichtigheid aan Israëls oorlogsmisdaden stopt”.

Oxfam Novib had deze keer goed uitgedacht hoe het aantal deelnemers te tellen, zegt Verwer: „We wilden voorkomen dat het bij een ruwe schatting bleef. Er wordt vaak geprobeerd de opkomst lager voor te stellen dan die daadwerkelijk is.”

Dat ervoer hij na de vorige Rode Lijn-demonstratie van 18 mei, die werd ingeschat op honderdduizend deelnemers – een aantal waarvoor niet zo’n uitgebreide onderbouwing was als deze keer.

‘Sfeerbeheerders’

Hoe kwam Oxfam Novib tot de schatting? Met behulp van ongeveer vijftig ‘sfeerbeheerders’, die ervoor moeten zorgen dat de demonstratie niet uit de hand loopt. Die stonden langs de aanlooproutes naar het Malieveld en op het terrein zelf. Later stonden ze ook langs de stoet die door de stad trok. Op drie afgesproken momenten maakten ze foto’s van hun locatie. Een collega verderop, achter een computer, stelde vast hoeveel personen er gemiddeld per vierkante meter stonden. „We hebben de gegevens ingevoerd in MapChecking”, zegt Verwer. Dat is een online tool die aan de hand van de dichtheid van mensen en het oppervlak het aantal aanwezigen schat.

MapChecking wordt ook door sommige gemeenten en de politie gebruikt bij evenementen. Maar: „Het blijft voor een groot deel mensenwerk.”

De eerste telling, waar 150.000 uitkwam, was tussen 13.00 en 13.30 uur, zegt Verwer. Het was het drukste moment aan het begin van de mars. Latere tellingen waren iets lager, onder andere omdat een deel van de deelnemers onderweg stopte of voortijdig vertrok. „Sommigen haakten af bij het Vredespaleis, bijvoorbeeld mensen die slecht ter been waren.”

Het verschil tussen de hoogste en de laagste meting was volgens Verwer maximaal vijfduizend mensen.

Lees ook

Aantallen, daar draait het om op de tweede Rode Lijn-demonstratie

Tienduizenden demonstranten namen deel aan een mars in Den Haag om een ‘rode lijn’ te trekken tegen het uitblijven van overheidsmaatregelen met betrekking tot Gaza.Foto Hedayatullah Amid / NRC

Politie

In nieuwsberichten kwamen ook heel andere aantallen naar voren: enkele tienduizenden, „honderdduizend”, schreef de NOS. En persbureau ANP schatte op een bepaald moment zeventigduizend mensen.

Hoe zit dat? Ze maakten volgens Verwer vooral een inschatting op het oog. Dat is bijna niet te doen als het om zoveel mensen gaat, zegt hij. „Op ons podium werd aanvankelijk ook door iemand het getal 100.000 genoemd, nog voordat wij onze onderbouwde inschatting hadden gedaan.”

Oxfam Novib was deze keer de enige die systematisch telde. De politie schatte in het verleden vaak achteraf de opkomst, maar niet langer, zegt woordvoerder Suzanne van de Graaf van de landelijke politie. De politie merkte dat haar inschattingen vaak verschilden van die van de organisatie, wat vervolgens tot onmin leidde. „Het blijven schattingen.”

Zulke onenigheid ontstond bijvoorbeeld bij de mars Samen voor Nederland, in 2021. De organisatie wilde een geluid tegen de coronamaatregelen laten horen. De gemeente sprak van ruim twintigduizend demonstranten, de organisatie ging uit van vijftigduizend tot honderdduizend mensen. „Zo wilden wij het niet”, zegt Verwer. „Je wil niet dat de discussie gaat over het aantal mensen, in plaats van over de boodschap.”

Lees ook

Zette Belgrado een geluidswapen in tegen betogers? ‘Het voelde alsof iemand mijn gezicht had opgeblazen’

Lana (links) en Miroslava zagen tijdens een betoging in Belgrado hoe de menigte door een onbekende kracht in paniek leek te worden gebracht. Foto Sanja Knezevic
Lees het hele artikel