Analyse
Het nieuws dat de Koerdische terreurbeweging PKK zichzelf opheft, is in Turkije luid toegejuicht. Behalve door degenen die president Erdoğan niet vertrouwen. Want die heeft vrede met de Koerden en hun steun nodig voor een andere, drastische stap.

Ankara
De week begon fantastisch voor de Turkse president Recep Tayyip Erdoğan. Na ruim veertig jaar van aanslagen en oorlog besloot de Koerdische terreurbeweging PKK de wapens neer te leggen en zichzelf op te heffen. ‘We geloven met heel ons hart dat na alle pijn en moeite die we hebben doorgemaakt, onze natie een mooiere en welvarender toekomst wacht’, zei Erdoğan na het bekend worden van het nieuws.
Het is ook een belangrijke stap, na een conflict waarin ruim 40.000 doden zijn gevallen. En niet alleen voor Turkije. De PKK heeft al decennia haar belangrijkste schuilplaatsen in Noord-Irak, waar Turkije dan ook vaak bombardementen uitvoerde en de afgelopen jaren met toestemming van het Iraaks-Koerdische bestuur militaire bases heeft aangel..
Mail de redactie
Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt.