Woensdag hoorde de Stichting Kinderopvang Huizen in de rechtbank van Utrecht een boete eisen van 30.000 euro, waarvan 25.000 voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar, wegens dood door schuld.
Volgens het Openbaar Ministerie is de stichting zeer onvoorzichtig en onachtzaam geweest. Het veiligheidsbeleid schoot tekort, de sloot achter het gebouw werd ten onrechte niet gezien als een apart risico en er werd onvoldoende gehoor gegeven aan het verzoek van de leidsters om extra handen op de groep.
Ook de ouders van Amin zien het overlijden van hun zoon niet als een ongeluk. Ze nemen het de leidsters van het kinderdagverblijf kwalijk dat hun nooit is verteld dat Amin al eerder meermalen was weggelopen. „Dan had ik ervoor kunnen kiezen om hem naar een ander kinderdagverblijf te brengen”, zei de moeder.
Amin (2) had moeite met praten
Haar zoon was een vrolijk ventje, zei de moeder. Hij had alleen moeite met praten. „Daarom dacht ik dat een peuterspeelzaal een goed idee was.” Zij en haar man kregen een jaar geleden een tweede zoontje. Voor hun staat vast dat die nooit naar een kinderdagverblijf zal gaan, dat vertrouwen zijn ze kwijt.
De vader van Amin noemde hem „het zonnetje in huis. Hij was trots op zijn zoontje, „ik sloeg geen echo over. En ik kocht dezelfde kleding voor hem als voor mij, maar dan veel kleiner. Er lag al een bal klaar om ooit samen te kunnen voetballen.”
Hoe Amin precies in het water terechtkwam is niet helemaal duidelijk. Dat kan via een klein hekje zijn geweest dat naar de moestuin leidde, maar ook via het toegangshek. Dat hij ondernemend was staat vast, en ook dat hij in staat was om beide hekken open te maken. Dat was al eerder vastgesteld. Het toegangshek zat niet op slot. Dat mocht niet van de brandweer, volgens de leidsters. De brandweer noemde dat „nonsens”.
Water fascineerde Amin
Het water fascineerde Amin. Hij wees regelmatig uit het raam naar de sloot en zei steeds één woord: „Eend”. Het jochie werd die maandagochtend 3 april pas gemist toen alle peuters na het speelkwartier buiten weer naar binnen werden gehaald. Een van de leidsters rende onmiddellijk naar het water, zag het jasje van Amin drijven en sprong er meteen in. Ze hoopte dat hij zou sputteren en hoesten als ze hem omdraaide, maar dat gebeurde niet. Reanimatie mocht niet meer baten.
Het Openbaar Ministerie besloot de vervolging van individuele leidsters van ’t Kraaltje te seponeren. Woensdag zat alleen bestuurder Heleen Fischmann van de stichting in de verdachtenbank, ondanks dat zij die functie nog niet had ten tijde van het overlijden van Amin.
’Ongelukkige samenloop van omstandigheden’
Volgens advocaat Iwan Appel van de stichting is er geen sprake van dat de stichting steken heeft laten vallen. De verdrinking van Amin was volgens hem „een ongelukkige samenloop van omstandigheden.”
’t Kraaltje sloot de deuren na de dood van de peuter en komt op die locatie ook nooit meer terug, zei Fischmann. Uitspraak 2 juli.