Laurent Mekies ontkomt bij zijn debuut als teambaas van Max Verstappen niet aan de problemen bij Red Bull

3 uren geleden 1

Terwijl de regen van het afdakje boven zijn hoofd drupt, zit Laurent Mekies op zijn stoel op de pitmuur. Zijn vingers strijken langs zijn sik. Via de koptelefoon in zijn lange grijze krullen zal Mekies op deze zondagmiddag in de Ardennen voor het eerst zijn nieuwe team aansturen tijdens een Formule 1-race. Maar hij moet nog even wachten, want het regent op het circuit van Spa-Francorchamps zo hard dat racen niet verantwoord is.

Na twintig jaar en 405 races zat bij de Grand Prix van België voor de eerste keer in de historie van Red Bull Racing (RBR) een andere persoon dan Christian Horner op de plek van de teambaas. Horner was de charismatische leider van de meer dan duizend personeelsleden tellende RBR-organisatie – de eindverantwoordelijke voor de veertien wereldtitels van Red Bull, én voor de val die het team de afgelopen twaalf maanden heeft doorgemaakt. Ruim twee weken geleden werd hij ontslagen.

In Spa begon dus een nieuw tijdperk voor RBR. Aan Mekies (48) de taak ervoor te zorgen dat het team niet verder wegglijdt van de top. Cruciaal daarbij: voorkomen dat Max Verstappen, de man die het team in zijn eentje overeind houdt nu het problematische auto’s produceert, naar de concurrentie vertrekt. Hoe hij dat laatste moet doen? „Als we hem de snelste auto geven”, zegt de Fransman donderdag tegen de pers, „spelen andere overwegingen geen rol meer.”

Strak donkerblauw pak

Een paar uur eerder is Mekies de paddock binnen komen wandelen op zijn eerste werkdag voor RBR tijdens een raceweekend. Minstens drie cameraploegen en nog veel meer fotografen waren met hem mee gerend terwijl hij, gekleed in een strak donkerblauw pak met witte sneakers eronder, naar het Red Bull-gastenverblijf toe liep. Nauwelijks over de drempel had Mekies al een stevige handdruk en een knuffel gekregen van een van zijn medewerkers.

Mekies heeft nogal een andere achtergrond dan zijn voorganger. Horner was ooit coureur, voor hij zijn eigen team oprichtte en leidde in de klasse onder de Formule 1. Mekies daarentegen begon zijn carrière in de collegebanken: hij studeerde aan de universiteit werktuigbouwkunde en autotechniek. Met zijn diploma’s op zak ging Mekies als technicus in de Formule 1 werken. Het leverde hem uiteindelijk de hoge functie van racing director op bij Ferrari, voordat hij in 2024 teambaas werd bij RBR’s zusterteam Racing Bulls.

Slechts een paar uur voor Red Bull Horners ontslag aankondigde, ging bij Mekies de telefoon. Het waren Oliver Mintzlaff, topbestuurder bij Red Bull, en Helmut Marko, invloedrijk figuur binnen RBR. „Ze vroegen me of ik de baan wilde”, vertelt Mekies donderdag in Spa. „Het viel me rauw op mijn dak. Ik vroeg of ik er een paar uur over na mocht denken en hing de telefoon op.” Al snel besefte Mekies dat hij zo’n kans maar één keer zou krijgen. Hij belde terug. „Ik zei: natuurlijk, het is me een eer.”

Coureurs die Mekies goed kennen, waarderen zijn technische achtergrond. Die stelt hem in staat om het commentaar dat de coureurs leveren over hoe hun auto aanvoelt, te interpreteren en om te zetten in concrete actie achter de schermen. Verstappens teamgenoot Yuki Tsunoda werkte tot een paar maanden geleden nog met Mekies samen bij Racing Bulls. „Hij probeerde na elke sessie te begrijpen wat er schortte aan de auto”, vertelt Tsunoda in Spa tegen de pers. „Dan nam hij meteen contact op met bepaalde afdelingen in het team. [...] Ik weet zeker dat hij dat hier ook gaat doen.”

Teambaas Laurent Mekies tijdens de eerste training op het circuit van Spa-Francorchamps Foto Dimitar Dilkoff/AFP

Toch is Mekies niet als een nieuwe voetbaltrainer, die wat andere aanwijzingen aan zijn spelers geeft, waarna de goals opeens wel vallen. De Formule 1 is in toenemende mate een soort competitieve vorm van bedrijfskunde geworden: een goede auto bouwen kan alleen als de honderden getalenteerde ontwerpers, technici, wiskundigen, monteurs en machinebankwerkers zo efficiënt mogelijk kunnen samenwerken en nieuwe ideeën kunnen ontwikkelen. Als dat proces uit het lood geslagen is, zoals bij Red Bull kennelijk het geval is, kan je dat niet binnen een paar weken rechtzetten.

Mekies weet dat. „Het gaat erom hoe betrokken je mensen zijn, hoe gemotiveerd, hoeveel ze elkaar helpen en vertrouwen”, zegt hij. „Daar gaat het tegenwoordig om. [...] Of iedereen op 100 procent functioneert of niet, kan soms belangrijker zijn dan een technische vondst.”

Vreugdeslingers

Ook met een nieuwe teambaas gaat het werk voor het RBR-teampersoneel op het circuit door zoals gebruikelijk. Monteurs laten donderdag de motoren in de half afgebouwde auto van Verstappen proefdraaien. Een ander markeert met brede stukken tape de exacte stopplek voor de bandenwissels, wat nauwkeurig komt kijken: Verstappen had het meteen in de gaten toen het tape er een keer 50 millimeter naast zat.

Het gaat erom hoe betrokken je mensen zijn, hoe gemotiveerd, hoeveel ze elkaar helpen en vertrouwen

Ook de taak van de coureurs is niet veranderd: zo hard mogelijk rondjes rijden. Wat dat betreft heeft het team op zaterdag eindelijk weer eens iets te vieren. Verstappen start van de tweede plek in de sprintrace, haalt snel Oscar Piastri in en houdt diens snellere McLaren daarna vijftien ronden achter zich. Als hij over de finish komt, maakt Verstappen een paar vreugdeslingers van links naar rechts om te vieren dat hij voor het eerst sinds mei op plek één is geëindigd.

Komt het door verbeterde voorvleugel, zijkanten, motorkap en wielophanging die dit weekend voor het eerst op Verstappens auto zitten? Verstappen relativeert dat als hij een paar uur later met Nederlandse journalisten praat. „De problemen blijven een beetje hetzelfde qua balans.” Oftewel: de auto doet nog steeds dingen die Verstappen niet verwacht.

Verstappen won de sprint vooral door continu voluit te gaan, elke centimeter van de baan te benutten en risico’s te nemen – „vijftien kwalificatieronden”, in zijn eigen woorden – en dankzij zijn keuze voor een kleinere achtervleugel. Daarmee garandeerde hij maximale topsnelheid aan het einde van het rechte stuk waar in Spa feitelijk de enige mogelijkheid ligt om in te halen. De McLarens waren in de daaropvolgende bochten veel sneller, maar daar konden ze Verstappen niet voorbij.

Nergens te bekennen

Als vierentwintig uur later de regen is gestopt en de race na anderhalf uur vertraging kan beginnen, is Verstappen vooraan nergens te bekennen. Hij start als vierde en blijft de hele race op die plek hangen. Doordat hij na de sprint een grotere achtervleugel op zijn auto heeft laten monteren, alvast inspelend op de voor zondag voorspelde regen, komt hij snelheid tekort om Charles Leclerc (Ferrari) in te halen. Bijna 22 seconden ligt Verstappen aan de finish achter op winnaar Oscar Piastri (McLaren). De échte rangorde in de Formule 1 is weer hersteld.

Max Verstappen op weg naar de vierde plaats in de GP van België. Foto Sem van der Wal/ANP

Tsunoda finisht in de andere Red Bull als dertiende. Dat lijkt het resultaat van het zoveelste teleurstellende optreden van de Japanner, maar dit keer klopt die conclusie niet. Tsunoda reed namelijk comfortabel in de top tien voordat het team hem te laat de pits in riep voor een wissel naar droogweerbanden. Hij viel ver terug. Zaterdag reed Tsunoda juist zijn sterkste kwalificatie van het jaar, nadat het team eindelijk de nieuwe, verbeterde bodem op zijn auto had gemonteerd waarover Verstappen al langer kan beschikken. Meteen zat Tsunoda veel dichter op zijn teamgenoot. Hij haalde het derde en laatste kwalificatiesegment (‘Q3’) en werd daarin zevende.

Een opsteker voor Red Bull, dat al ruim anderhalf jaar kampt met dramatische resultaten van de tweede auto. Mekies liet dat meteen aan Tsunoda merken, vertelt de coureur zaterdag na afloop van de kwalificatie. „Toen ik bij Racing Bulls reed, glimlachte hij altijd naar me vanaf de pitmuur als ik Q3 haalde. Vandaag gebeurde precies hetzelfde. Hij lachte naar me en maakte duidelijk dat ik het goed had gedaan.”

Na de race benadrukt Mekies in het RBR-teamhonk dat het weekend voor hem vooral een grote kennismakingssessie was: na twee weken had hij de meeste leden van de delegatie die afreist naar de races nog niet eens ontmoet. Maar, zo wordt duidelijk als een journalist hem naar de nieuwe onderdelen op Verstappens auto vraagt, er is voor hem geen ontkomen aan de worsteling op de baan. „Hebben de updates de auto sneller gemaakt? Ja. Is het genoeg? Nee. Lossen ze alle balansproblemen op die we hebben? Nee. Zo simpel is het. Er is werk aan de winkel.”

Lees het hele artikel