Mathieu van der Poel ‘tovert’ sprintersrit om in Tour-spektakel

7 uren geleden 1

Achter een lantaarnpaal vindt Mathieu van der Poel een spatje schaduw. Shirt wijd open, drinken. Een beetje stram gaat hij op het asfalt zitten. Mag het? Vanaf de start heeft hij 173 kilometer in de aanval gereden, lang samen met ploeggenoot Jonas Rickaert en de laatste zes kilometer alleen. In zijn eentje een paar tellen voor een jagend peloton uit. Om uiteindelijk op 674 meter voor de finish ingelopen te worden. Toch nog. Van der Poel kijkt naar beneden, spuugt op de grond. Staat dan op en loopt terug naar het erepodium.

Op voorhand zouden het dit weekeinde in de Ronde van Frankrijk twee vlakke etappes voor de sprinters zijn. De uitslag was er ook naar. Zondag won de Belg Tim Merlier in Châteauroux voor de tweede keer deze Tour, nadat hij al de snelste was in de derde etappe. Hij versloeg in de laatste meters de Italiaan Johathan Milan, die een dag eerder de eindsprint had gewonnen in Laval. Maar waar het zaterdag een rit was zonder historie, was het zondag vanuit het niets spektakel. Dankzij Van der Poel, samen met geletruidrager Tadej Pogacar toch al uitblinker van de eerste Tourweek.

Waarom hij na zijn op het laatst gestrande vlucht na afloop toch terugloopt naar het podium? Om zijn ploeggenoot Rickaert te zien, vertelt Van der Poel aan de journalisten om hem heen. Rickaert kreeg de prijs voor de strijdlustigste renner van de dag. En precies om die reden waren ze ’s ochtends bij de start in Chinon samen uit het peloton weggereden, onthulde Van der Poel. „Jonas had een droom ooit op een Tourpodium te staan. En ik ging hem daarmee helpen.” En dat hij zelf net tekort kwam voor een tweede ritzege deze Tour? „Jammer, ik had gehoopt het net vol te houden. Maar het beste was er ook bij mij wel vanaf.”

Drastische maatregelen

Parcoursbouwer Thierry Gouvenou van Tourorganisator ASO had zich zondag bij de start van de negende etappe nog beklaagd over de passiviteit van de sprintersploegen de dag ervoor, toen het peloton in een optocht naar de finish reed. „Er is geen actie in zulke ritten en dat betreuren we”, sprak Gouvenou bij de Belgische tv-zender Sporza. „Het is triest om een peloton zonder aanvallen te zien.” De Franse oud-renner sloot zelfs drastische maatregelen niet uit. „Op termijn zullen er misschien geen etappes voor de spurters meer zijn.”

Na jaren van kritiek op het grote aantal voorspelbare en gevaarlijke sprintersritten in de Tour, koos de organisatie dit jaar een andere koers. Minder vlakke etappes, meer ritten over geaccidenteerd terrein. Met als resultaat dat de huidige uitblinkers van het peloton – Pogacar, Van der Poel, Jonas Vingegaard – meteen al in de eerste Tourweek volop streden om ritzeges en gele trui. Hun strijd overschaduwde massasprints die werden gewonnen door de Belgen Jasper Philipsen (uitgevallen na een val in rit drie) en Merlier.

Saaie dag

De winst van Milan op zaterdag, de eerste Italiaanse ritzege in de Tour sinds Vincenzo Nibali in 2019, was een zeldzaam hoogtepunt op een saaie dag. En voor zondag werd niet veel spannenders verwacht. Finishplaats Châteauroux heet ‘Cavendish City’, naar de Britse wondersprinter, die er won in 2008 (zijn eerste ritzege in de Tour), 2011 en 2021. Op naar een volgende massasprint op de Avenue de la Châtre?

Van der Poel en Rickaert beslissen anders. Geen tweede optocht op rij dit weekeinde, volle bak koers. Ruim dertig graden is het, maar het duo van Alpecin-Deceuninck bouwt de voorsprong in de eerste honderd kilometer gestaag uit naar meer dan vijf minuten. Van der Poel neemt een waterijsje, hoort dat het peloton dichterbij komt. Nog 30 kilometer: 1.20 minuut; 22 kilometer: 35 seconden. Van der Poel „tovert” volgens NOS-commentator Michael Boogerd: met 15 kilometer te gaan is de voorsprong ineens weer 1.20 minuut. Tot Rickaert moet lossen en zijn kopman onder de vlag van de laatste kilometer weet dat het niet gaat lukken. „Uiteindelijk kwamen we nog best dichtbij”, concludeert hij na afloop.

Met medewerking van Sam de Voogt

Lees het hele artikel