In Otterlo zoekt het Nederlands Tegelmuseum nieuw onderdak. En het is dringend. Het regent, als ik parkeer in een stille woonwijk met jarenzestig-bungalows. Dat nieuwe ‘onderdak’ mag je letterlijk nemen. Het dak lekt, plafonds vertonen vochtvlekken. Achterstallig onderhoud wreekt zich.
‘Voor de collectie maakt dat minder uit’, zegt directeur Merel van der Sloot (31). ‘Maar voor bezoekers wel.’ Een maand geleden volgde ze Eric baron Mackay op. Ze staat voor een forse klus, maar houdt goede moed. ‘We zijn in overleg met de gemeente Ede. Dit mag niet voor Nederland verloren gaan.’
Zij en conservator Johan Kamermans (59) ontvangen me gastvrij. Ze zijn enthousiast voor de historische tegel en wat ermee samenhangt. En dat is veel. Ik kom ogen tekort bij de fraaie taferelen: metersgrote tableaus, van arbeiders bij de fabriekspoorten, veemarkten, jubileumborden.
‘Het is tegelijk volkskunst, huisdecoratie en ambacht’, zegt Merel. ‘Jongeren willen weer meer weten van ambachten en werken met keramiek.’
Mail de redactie
Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt.