Jan Beuving: ‘Ik heb gebeden of God mij veilig door de nacht wilde loodsen’

Achtergrond

Het zijn tijden van verrijkt uranium en verarmd geweten. In dat angstige getij blijft het geloof in het bestaan van God een troost voor Jan. Merel zoekt naar balans tussen dingen in de hand houden en overgave aan wat ons draagt. ‘We vormen allemaal samen de soep, en als er al Iemand roert, ben ik dat niet.’

In het kort

• Merel Schelland en Jan Beuving leerden elkaar kennen toen zij natuurkunde respectievelijk wiskunde studeerden. Ze werden elkaars beste vrienden. Elke maand schrijven ze twee brieven over geloven en alles wat we niet kunnen bewijzen.

Merel!

Toen mijn jongste zus werd geboren, woonden wij in Saoedi-Arabië. Ik zat er op een internationale school, die blijkbaar niet zo islamitisch was als het land zelf, want we zongen er liedjes als He’s Got the Whole World in His Hands. Toen mijn moeder na een paar weken met mijn zusje bij ons in de klas kwam, waren we dat liedje net aan het zingen, en maakte de juf er in het tweede couplet van He’s Got Jan’s Little Baby Sister in His Hands. De hele klas zong het mee.

Met dat vertrouwen ben ik de wereld in gewiegd. Dat er iemand is – misschien moet ik Iemand met een hoofdletter schrijven – die de wereld in handen heeft. Wij hoeven het als mensen allemaal niet zelf te bewerkstelligen – God waakt over ons. Of zoals psalm 68 zingt, in de be..