KNMI waarschuwt voor de risico’s van extremen in het huidige klimaat – zelfs saai weer kan ontwrichtend zijn

3 dagen geleden 2

Wat als de tropische orkaan Kirk, die vorig jaar als storm naar Europa afzwaaide, niet bij Frankrijk aan land was gekomen maar zich door het kanaal richting de Nederlandse kust had begeven? Een vrijdag verschenen rapport van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) waarschuwt voor omgewaaide vrachtwagens, ingestorte kassen en schade die „mogelijk in de miljarden euro’s” loopt. Het rapport schetst daarnaast nog acht andere „extreme” scenario’s die volgens het KNMI goed mogelijk zijn in het huidige, veranderde klimaat.

„Klimaatverandering wordt vaak weergegeven als een verschuiving van een gemiddelde”, zegt KNMI-directeur Maarten van Aalst bij de presentatie van het rapport. Hij wijst op het projectiescherm, met daarop een heuvelvormige grafiek waarvan het midden iets naar rechts is opgeschoven. „De gemiddelde KNMI’er vindt dit natuurlijk heel interessant”, zegt Van Aalst met enige zelfspot. „Maar de meeste mensen ervaren klimaatverandering toch door wat er in de staart van die normaalverdeling gebeurt.”

Hij wijst op de uitlopers van de heuvelgrafiek, die samen met het midden ook naar rechts zijn opgeschoven. „Dat zijn de extremen die veranderen. Zoals die ene dag in 2019 toen het in Nederland voor het eerst meer dan veertig graden was. Of de heel strenge winters waar sommigen mee zijn opgegroeid, die nu eigenlijk niet meer voorkomen.”

Als om zijn punt te onderstrepen draagt Van Aalst deze ochtend sokken met de ‘klimaatstreepjescode’ als print. Deze wereldberoemde klimaatgrafiek, bedacht door de Britse klimaatwetenschapper Ed Hawkins, toont de gemiddelde temperatuur van elk jaar in één kleur. Zo ontstaat een afbeelding die van blauw naar donkerrood verloopt, net als de sokken van Van Aalst.

De streepjescode van Nederland van 1901 tot 2024, naar een ontwerp van Ed Hawkins van de University of Reading.

De streepjescode van Nederland van 1901 tot 2024, naar een ontwerp van Ed Hawkins van de University of Reading.

Wetenschappers vertrouwen op gemiddelden omdat die de ingrijpende verandering van ons klimaat onomstotelijk bewijzen. Gemiddelden zijn ook de basis voor het wereldwijde klimaatbeleid, waarmee is geprobeerd om de opwarming van de aarde tot anderhalve graad boven het jaargemiddelde te beperken.

Maar onverwachte uitschieters, zoals extreme hitte, storm of regenval, zijn net zo goed een zekerheid in een veranderend klimaat, zegt Van Aalst. „Het is alsof je een dobbelsteen krijgt met een zeven erop. We mogen niet verrast worden wanneer we zeven gooien, omdat we nu al weten dat we die dobbelsteen in handen hebben.”

Dat geldt bijvoorbeeld voor het risico op verwoestende stormen. Door de opwarmende Atlantische Oceaan zullen orkanen vaker als hevige storm het Europese vasteland bereiken, zonder dat ze eerst over de Caraïben of de Verenigde Staten zijn getrokken. Orkaan Ophelia deed dat in 2017, met drie dodelijke slachtoffers in Ierland en veel schade tot gevolg.

Een afgezwaaide orkaan in Europa

Toen orkaan Kirk vorig jaar over de Atlantische Oceaan raasde, kreeg KNMI-onderzoeker Hylke de Vries een appje van een collega. De Vries toont het bericht in zijn presentatie: „Het is nog een beetje vroeg”, schrijft de collega, maar Kirk „zou een soort Ophelia kunnen worden”. Verschillende modelberekeningen „laten hem allemaal paf tegen Europa aan komen”.

Tussen de scenario’s die De Vries vervolgens liet doorrekenen, zaten voor het eerst ook realistische opties waarbij de storm tussen de Franse en Engelse kust doorglipt en zo Nederland bereikt. Eerder had De Vries die uitkomst alleen gezien als hij een storm in het model „optilde” en handmatig op de juiste koers plaatste. Dat het nu spontaan in bestaande en betrouwbare weermodellen gebeurt, bewijst volgens De Vries hoe realistisch zo’n scenario is.

Een afgezwaaide orkaan, hevige regenval, extreme hitte of juist een koudegolf. De scenario’s die het KNMI heeft uitgewerkt, spreken stuk voor stuk tot de verbeelding. Maar ook zonder spectaculair natuurgeweld kunnen weersomstandigheden leiden tot extreme situaties, blijkt uit onderzoek van KNMI-collega Bram van Duinen.

Stroomtekort door grijs en koud weer

Hij onderzocht wat er gebeurt als een windstille en bewolkte week, waarin zonnepanelen en windmolens nauwelijks iets opleveren, samenvalt met vrieskou. Het zou, zeker over tien jaar als we nog sterker afhankelijk zijn van hernieuwbare energie, leiden tot een acuut tekort aan elektriciteit met „ontwrichtende” gevolgen: industrie kan niet langer produceren, treinen komen stil te staan en huishoudens zitten zonder stroom.

„Het interessante is dat dit weertype vroeger eigenlijk helemaal niet bijzonder was”, zegt Van Duinen na afloop van de presentatie. „In een weersverwachting is het misschien bijna saai weer. Maar in het nieuwe energiesysteem, is het opeens extreem.” Volgens zijn berekeningen is de combinatie van die weersomstandigheden zeker niet ondenkbaar. Het komt eens in de 141 jaar voor.

Hoe bereid je je op zo’n risico voor, waar je eens in de zoveel jaar mogelijk mee te maken krijgt? „Daar worstelen veel van onze partners mee: hoe zit het nou met de statistiek?”, erkent Van Aalst desgevraagd. „Zij willen wel graag voorbereid zijn, maar waarop dan? Willen we de dijk gaan verhogen, of willen we het vooral zien aankomen?”

Het KNMI werkte voor dit rapport samen met partijen die rechtstreeks met de gevolgen te maken krijgen, zoals netbeheerder TenneT en de veiligheidsregio Brabant-Noord. Zij brachten de impact van de scenario’s en mogelijke maatregelen in kaart.

Maar zelfs het meest nauwkeurige scenario kan niet met zekerheid zeggen welk waterschap bijvoorbeeld te maken gaat krijgen met de gevolgen van hevige regenval. „Wat we wel gaan krijgen is dat er zoiets op ons afkomt. Misschien kunnen we twee dagen van tevoren zeggen dat er een kans van 10 procent is dat het heel extreem wordt. Hoe gaat men dan reageren op die kans van 10 procent?”

De journalistieke principes van NRC
Lees het hele artikel