Amerikaans onderzoek legt een verrassend verband bloot tussen warmer weer en onze suikerinname. En naarmate de aarde steeds verder opwarmt, kan dit onze gezondheid behoorlijk in de war schoppen.
Onderzoekers hebben vijftien jaar lang de boodschappenlijstjes van Amerikaanse huishoudens onder de loep genomen, van 2004 tot 2019. Door die data te koppelen aan lokale weergegevens, zagen ze een duidelijk patroon: bij elke graad opwarming stijgt de consumptie van toegevoegde suiker met 0,7 gram per persoon per dag. Dat lijkt misschien een klein beetje, maar als je bedenkt dat klimaatverandering de temperaturen wereldwijd opdrijft, telt het op tot een groot probleem.
Pan He, een van de auteurs van de studie, legt in een interview met Scientias.nl uit hoe de onderzoekers dat precies hebben gedaan: “De huishoudelijke aankoopdata komt uit een groot panel dat dezelfde huishoudens meer dan twee jaar volgt, waarbij telkens hun kassabon in het systeem wordt geladen. Omdat we de woonplaats van de huishoudens kennen, kunnen we deze consumptiegegevens koppelen aan weerdata van meetstations waarvan we ook de geografische coördinaten hebben.” Met die combinatie konden de onderzoekers per maand nagaan hoe het weer samenhing met de suikerconsumptie, terwijl ze tegelijk andere invloeden, zoals inkomen, seizoenen of economische trends, zoveel mogelijk wegfilterden.
Waarom grijpen we naar zoet bij hitte?
Maar waarom grijpen we bij warmte juist naar zoetigheid? Het heeft te maken met hoe ons lichaam reageert op hitte. “Daar zijn twee mogelijke redenen voor”, zegt He. “Ten eerste: hogere temperaturen stimuleren de stofwisseling en leiden tot een grotere behoefte aan hydratatie. Wie gewend is om met gezoete drankjes de dorst te lessen, grijpt daar sneller naar. Ten tweede: mensen gebruiken koude etenswaren en dranken om fysiek af te koelen, en veel van die producten, zoals bevroren yoghurt en ijs, bevatten toegevoegde suikers.”
Het effect is het sterkst tussen de 12 en 30 graden Celsius, een temperatuurbereik dat we in veel delen van de wereld steeds vaker zien. Vooral gesuikerde dranken zoals frisdrank en sappen zijn de grootste boosdoeners; die dragen bij aan 0,73 gram extra suiker per graad dat het warmer is. IJsjes en andere bevroren toetjes volgen op de voet, maar in mindere mate.
De ongelijke suikerlast
Niet iedereen reageert hetzelfde op hitte. Mensen met een lager inkomen of een lager opleidingsniveau consumeren bij warmer weer veel meer suiker dan anderen. Ook hier zijn twee verklaringen voor, zegt He. “Ten eerste: mensen met een hoger inkomen of opleidingsniveau zijn zich mogelijk meer bewust van gezonde voedings- en drankkeuzes, en houden daar rekening mee wanneer de temperatuur verandert (dit kunnen we niet bevestigen met onze data, maar het is een hypothese). Ten tweede: een lager inkomen hangt vaak samen met meer blootstelling aan de buitenomgeving. Mensen in die groepen hebben minder controle over hun leefomgeving, zijn meer aan hogere temperaturen blootgesteld en hebben daardoor een grotere behoefte aan hydratatie.” Ook je werkomgeving speelt een rol. Huishoudens waar iemand buiten werkt, laten een sterkere stijging zien dan bij kantoormensen met airco.
Zorgwekkende trend
Kijken we naar de toekomst, dan wordt de trend nog zorgwekkender. Bij een stijging van 5 graden tegen het einde van de eeuw, het meest pessimistische scenario, zou de gemiddelde Amerikaan dagelijks bijna 3 gram extra suiker binnenkrijgen. In de zomer piekt dat zelfs tot 3,8 gram. Noordelijke staten in de VS voelen dit het hardst, omdat daar de opwarming sterker is en mensen minder gewend zijn aan extreme hitte.
Hoe zit het in Europa?
Zou dit ook in Europa spelen? “Mogelijk wel, aangezien de behoefte aan hydratatie en de voorkeur voor zoete dranken algemeen voorkomen, en klimaatverandering wereldwijd speelt”, zegt He. “Toch zijn er veel onzekerheden. Voedsel- en drankvoorkeuren verschillen tussen culturen. In onze studie zijn Amerikanen van Aziatische afkomst bijvoorbeeld niet gevoelig voor temperatuurverschillen, in tegenstelling tot andere etnische groepen.” Kortom: er is meer onderzoek nodig om te zien of Europese mensen op dezelfde manier reageren.
Ook over de rest van de wereld kunnen de onderzoekers nog geen uitspraken doen. Yan Bai, mede-auteur van de studie: “Hopelijk kan onze studie richting geven aan toekomstig onderzoek in ontwikkelingslanden, waar de consumptie van suikerhoudende dranken al hoog is en oplopende hitte de voedingszekerheid verder kan bedreigen. Maar de datasystemen en infrastructuur om voedingszekerheid te monitoren lopen daar nog sterk achter.” Kortom: er is nog veel werk aan de winkel om te achterhalen hoe groot dit probleem is.