Burgemeester Marco Out van Assen formuleert bedachtzaam. Eigenlijk vindt hij ‘veiligheidsrisicogebied’ „een stom woord”. Wie het veiligheidsgevoel wil bevorderen, moet volgens hem oppassen met taal die angst oproept. „Mensen horen dan maar één ding: het is hier onveilig.”
Toch, zegt hij in z’n kantoor op het stadhuis, moest hij na de zomer van 2023 wel ingrijpen. De politie trof bij negentien incidenten in de binnenstad messen aan. Niet altijd ging het om steekpartijen, soms droeg een verward persoon een steekwapen. Maar tezamen, zegt Out, gaven die incidenten blijk van „structureel aanwezig” wapengeweld.
In oktober dat jaar wees hij het centrum daarom aan als veiligheidsrisicogebied. Die aanwijzing – bedoeld voor wanneer wapengeweld dreigt – geeft de politie na opdracht van het Openbaar Ministerie de bevoegdheid preventief te fouilleren, ook zonder concrete verdenking. Dit najaar werd de maatregel met een jaar verlengd.
De bevoegdheid werd in 2002 ingevoerd zodat burgemeesters snel kunnen ingrijpen bij acute dreiging of herhaald wapengeweld. „Het gaat om uitzonderlijke situaties”, zegt Jan Brouwer, emeritus hoogleraar algemene rechtswetenschap aan de Rijksuniversiteit Groningen. „Een veiligheidsrisicogebied mag alleen worden ingezet als een concreet en aantoonbaar risico bestaat. Zodra dat verdwijnt, moet de aanwijzing worden ingetrokken.”
Lees ook
Preventief fouilleren in Amsterdam: ‘Heb ik een crimineel koppie dan?’
Wapens
Kan Assen dan twee jaar lang een veiligheidsrisicogebied blijven? In de praktijk lijkt de tijdelijke maatregel steeds meer een vast onderdeel van het lokale veiligheidsbeleid te worden.
Volgens Out was dat onvermijdelijk: het aantal meldingen over wapens en ruzies met wapens, daalde nauwelijks. Daarnaast kreeg de burgemeester vanuit de horeca alsmaar vaker signalen dat het gevoel van onveiligheid toenam. Vooral rond het Koopmansplein – het centrale horecaplein met terrassen, winkels en cafés – en het station voelen inwoners zich onveilig.
Hoe vaak burgemeesters dit middel langdurig inzetten, is onduidelijk: het ministerie en de VNG houden geen overzicht bij
Sinds de invoering hield de politie elf ‘fouilleeracties’, zowel overdag als tijdens drukke weekendavonden. Er werd steekproefsgewijs gecontroleerd, na toestemming van het OM. In totaal werden 1.850 mensen gecontroleerd en 49 steek- en slagwapens in beslag genomen.
Daarom breidt de gemeente het toezicht zelfs verder uit. Later deze maand worden op beide pleinen politiecamera’s geïnstalleerd. „Je staat voor een keuze”, zegt Out, „je neemt een ingrijpende maatregel, want mensen worden gefouilleerd. Of je doet niets en loopt het risico op meer wapens op straat.”
Rotterdam
Ook buiten Assen lijkt de maatregel het tijdelijke karakter te verliezen. In Rotterdam gaat het om delen van de binnenstad, waar de aanwijzing steeds opnieuw wordt ingesteld. In Leeuwarden en Zaanstad worden delen van de binnenstad in één keer voor lange tijd aangewezen, vaak voor een jaar, om herhaalde wapenincidenten tegen te gaan.
Hoe vaak burgemeesters dit middel langdurig inzetten, is onduidelijk: het ministerie van Justitie en Veiligheid en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten houden geen overzicht bij. Daardoor is nauwelijks te controleren of de maatregel ongemerkt is uitgegroeid tot beleid.
Volgens Brouwer is dat al lang geen uitzondering meer. „De bevoegdheid hoort bij de gereedschapskist van burgemeesters„, zegt hij. „De openbare orde is hun gevoeligste portefeuille – daar mogen ze geen steken laten vallen.” Hoe langer een maatregel duurt, zegt hij, hoe zwaarder de vraag naar proportionaliteit weegt. „Is het middel nog in verhouding tot het risico? Die vraag wordt tegenwoordig sneller met ‘ja’ beantwoord, omdat veiligheid zwaar weegt.”

Een fontein, plein en kinderwagen in Assen.

Jongeren klonteren samen in Assen. Incluis fatbike.
Opstootje
Op donderdagmiddag oogt het Koopmansplein kalm. Een groepje meiden kletst, H&M-tassen aan hun voeten. Senioren fietsen voorbij. Op bankjes hangen jongeren, of ze zitten op hun fatbikes. „Dít is dus precies wat ik bedoel met onveiligheid,” zegt Anneke (76), die niet met haar achternaam in de krant wil. „Die lui met die fatbikes.”
Abdul Razat (17), die op zo’n fatbike zit, kijkt verbaasd. „Ik ben onderweg naar mijn werk. Niks aan de hand.”
Onder inwoners leeft het gevoel dat de stad onrustiger is geworden. Jongeren op het plein, fatbikes in het centrum en opstootjes in het weekend versterken volgens sommigen het gevoel van onveiligheid. Uit cijfers van het CBS blijkt dat in Noord-Drenthe meer mensen zich weleens onveilig voelen: 33,3 procent in 2023, tegenover 27,8 procent in 2021. Een klein verschil, maar het sentiment weegt zwaar – vooral bij ouderen en ondernemers, die zeggen dat „de sfeer is veranderd”.
Voor hoteleigenaar Rob Riper (64) was het veiligheidsrisicogebied „hoog tijd”. „Als ondernemers vroegen we al langer om daadkracht,” zegt hij. „Het was niet onleefbaar, maar het werd grimmiger. ’s Avonds hingen er groepen rond, er was meer lawaai, af en toe een opstootje. Dat schrikt gasten af.”
Zijn beveiliger begeleidde geregeld vrouwen naar de parkeergarage. „Gasten voelden zich ’s avonds onveilig.” Sinds de invoering is de sfeer volgens hem „rustiger”. „Misschien helpt alleen al het idee. Mensen gedragen zich anders als ze weten dat de politie meekijkt.”
Nulmeting
Niemand weet of het veiligheidsrisicogebied Assen werkelijk veiliger maakte: een nulmeting ontbreekt. „We weten niet hoe het was geweest als we het níét hadden ingesteld,” zegt Out. „Wat we wél zien, is dat wapens in beslag worden genomen en dat mensen bewuster worden van wat niet kan. Dat helpt.”
Dat gebrek aan evaluatie is eerder norm dan uitzondering. Gemeenten onderzoeken zelden het effect van veiligheidsrisicogebieden, blijkt uit onderzoek van Pro Facto en de Rijksuniversiteit Groningen, in opdracht van het WODC (Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum). „In de meeste gemeenten is onduidelijk wat men precies wil bereiken,” schrijven de onderzoekers. „Daardoor is ook niet te beoordelen of de maatregel iets heeft opgeleverd.”
Zonder duidelijke grenzen loop je het risico dat preventief fouilleren uitmondt in etnisch profileren
Onderzoekers zien dan vaak een altijd-prijs-redenering: een geconfisqueerd wapen bewijst dat de maatregel werkt; worden geen wapens gevonden, dan was hij afschrikwekkend. Volgens onderzoeker Christian Boxum leidt dat ertoe dat sommige gemeenten veiligheidsrisicogebieden automatisch verlengen. „Zodra je iets vindt, is dat reden om door te gaan.”
Tegelijkertijd groeien de risico’s naarmate de maatregel langer van kracht blijft. Een veiligheidsrisicogebied is volgens Brouwer „geen lichte ingreep” wat privacy betreft. „Zolang de maatregel kort duurt, kun je verdedigen dat de winst opweegt tegen de vrijheidsbeperking„, zegt hij. „Maar zodra zo’n aanwijzing structureel wordt, verschuift de aard van die afweging.”
Daarin schuilt volgens Brouwer een ander gevaar: „Zonder duidelijke grenzen loop je het risico dat preventief fouilleren uitmondt in etnisch profileren. Dat gebeurt niet per se bewust, maar het risico is reëel.”

Bedrijvigheid in het centrum van Assen.

Kinderen op een speeltoestel. Met een glijbaan.
Migratieachtergrond
In stedelijke gebieden met veel inwoners met een migratieachtergrond is dat risico groot, blijkt uit onderzoek van Amnesty International (2013) in onder meer Gouda en Rotterdam. Controles lijken zich daar relatief vaak te richten op jongeren met een niet-westerse achtergrond.
In Amsterdam, waar de maatregel politiek gevoelig ligt, worden veiligheidsrisicogebieden daarom meestal kort ingesteld. „De inbreuk op de vrijheid van burgers wordt te groot als zo’n maatregel te lang duurt”, zegt een woordvoerder.
In Assen ligt die afweging anders. „We kijken naar het aantal incidenten en wat nodig is om die terug te dringen”, zegt Out. „Dan weegt privacy minder zwaar.” Volgens hem hebben de meeste inwoners daar begrip voor. „Ze vinden veiligheid belangrijk.”
Volgens Brouwer past die houding in een bredere ontwikkeling: burgers accepteren meer inbreuk, zolang dat vanwege veiligheid gebeurt. „Vroeger stapten mensen naar de rechter, soms zelfs tot het Europese Hof, bij een schending van hun privacy”, zegt hij. „Nu hoor je dat zelden meer.”
Dat klinkt ook op straat. „Ik dacht eerlijk gezegd dat preventief fouilleren altijd al mocht”, zegt Kileab Polnaya (31). „Ik heb er geen moeite mee. Als het helpt.”
Plein
Volgens de politie verloopt het fouilleren in Assen rustig. Om het risico op discriminatie te beperken, wordt „a-selectief” gecontroleerd, zegt een woordvoerder. „Bijvoorbeeld door iedere derde persoon te fouilleren.” Bij de laatste actie in de binnenstad werd iedereen gecontroleerd die het gebied binnenkwam.
De gemeente probeert veiligheid ook anders te versterken, bijvoorbeeld met jongerenwerk en projecten op scholen. „Maar als dan nog steeds wapens op straat opduiken, moet je doorpakken”, zegt Out.
De verlenging van het veiligheidsrisicogebied is volgens hem dan ook meer dan handhaving alleen. „Je wilt kunnen zeggen: mensen met een wapen horen hier niet. En als je dat zegt, dan moet je ook laten zien dat je het meent.”
/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/10/23115616/231025BIN_2019136782_assen6.jpg)
Fietsverkeer.
Foto Eric BrinkhorstLees ook
De eerste bouwstenen van ‘de kathedraal van de motorsport’



/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data139084420-fabcba.jpg)
/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/10/24091646/241025WET_2020278092_windenergie.jpg)





English (US) ·