Verzekeraars profiteren van nieuw pensioenstelsel: zij nemen beheer over kleinere fondsen

Verzekeraars blijken flink te profiteren van de aanstaande overgang naar een nieuw, Nederlands pensioenstelsel. De levensverzekeringstakken van ASR, Achmea, Zwitserleven (van Athora) en Nationale Nederlanden hebben gezamenlijk afgelopen 7 miljard euro aan pensioenverplichtingen overgenomen van in totaal vijftien pensioenfondsen. Dat meldt De Nederlandsche Bank dinsdag.

Een buy-out, waarin de verplichtingen van een pensioenfonds worden overgekocht door een verzekeraar, is vooral voor kleinere pensioenfondsen een aantrekkelijk alternatief voor het volledig zelfstandig regelen van de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. Dat is namelijk een enorme financiële operatie.

De verandering zit erin dat deelnemers niet meer een uitkering krijgen uit één hele grote pensioenpot, maar uit een eigen pensioenpotje, dat meer meebeweegt met de beleggingsresultaten. De pensioenregelingen die verzekeraars uitvoerden werkten altijd al zo, wat verzekeraars een voorsprong geeft in bijvoorbeeld uitvoeringskosten.

Voorbeelden van dergelijke overnames zijn bijvoorbeeld Achmea dat de verplichtingen van het bedrijfspensioenfonds FrieslandCampina overnam, en ASR, dat een deal sloot met het pensioenfonds voor tandartsen. Alle verzekeraars hebben uitgesproken te azen op nog meer van dergelijke overnames.

De Nederlandse pensioenregelingen omvatten in totaal 1.573 miljard euro. Het marktaandeel van verzekeraars is door de buy-outs nu bijna 15 procent (230 miljard euro), schrijft DNB. In 2021 was dat nog 13,4 procent.