Waarom de natuur nog geen rechtspersoon is: wat kan wél?

15 uren geleden 1

De gemeente Eijsden-Margraten liet als eerste onderzoeken of de natuur als zelfstandig persoon juridische rechten kan krijgen. Dat blijkt niet mogelijk zonder wetswijziging, maar volgens onderzoek biedt de bestaande Omgevingswet wel ruimte om natuur en landschap te verankeren in gemeentelijk beleid.

In november van 2023 nam de gemeenteraad van Eijsden-Margraten in Zuid-Limburg een motie aan om te onderzoeken hoe de natuur in de gemeente juridische rechten kan krijgen. Dat trok landelijke aandacht en zette de gemeente in de schijnwerpers als boegbeeld van de beweging voor de rechten van de natuur. Hoe en of je rechten kunt geven aan de natuur, was toen nog onduidelijk. De gemeente liet dat door Wageningen University & Research uitzoeken.

“De achteruitgang van de natuur is voor veel mensen een bron van zorg”, vertelt hoofdonderzoeker Robert Baayen. “De regels van de overheid om de natuur te beschermen schieten soms tekort of worden niet genoeg gehandhaafd. Economische belangen gaan uiteindelijk vaak voor. Daarom klinkt er steeds vaker de roep om de natuur rechten te geven, een stem te geven in de besluitvorming van de overheid en de mogelijkheid te geven om zelfs rechtszaken aan te spannen als dat nodig is. Op andere plekken in Europa gebeurt dat ook.”

Grotere rol voor Omgevingswet

De onderzoekers concluderen aan de hand van een juridische analyse dat een gemeente geen mogelijkheid heeft om de natuur rechtspersoonlijkheid te geven. Dat krijg je alleen voor elkaar in Den Haag. Aan de andere kant biedt de Omgevingswet wel allerlei kansen om de natuur in een Nederlandse gemeente een stem te geven.

Zo kan de gemeentelijke adviescommissie niet alleen advies geven over gebouwde monumenten, maar ook over groene monumenten, zoals landschap en natuur. Ook mag de gemeente de commissie de taak toewijzen om ongevraagd advies te geven over het beleid. Er kan via de Omgevingswet veel meer dan nu in de praktijk gebeurt.

Algemene regels opstellen

Bovendien kunnen gemeenten in hun visie en omgevingsplan algemene regels stellen voor hun hele grondgebied, naast maatregelen gericht op specifieke gebieden. Voor een deel worden ze daar in de Omgevingswet ook toe verplicht, bijvoorbeeld in de zones rond Natura 2000-gebieden.

“Daar hebben gemeenten hun eigen verantwoordelijkheid, naast de provincie en het Rijk”, legt Baayen uit. “Gemeenten hebben onder de Omgevingswet specifieke zorgplichten. Zij hebben de plicht om de bestemming van gronden in hun omgevingsplan zo te regelen dat de natuur niet in het gedrang komt. Daar geeft de Omgevingswet hen ook instrumenten voor.”

Hij vertelt dat gemeenten niet hoeven te wachten tot de provincie of het Rijk hen instructies geeft. Zo kunnen zij gemeentelijke natuur- en landschapsmonumenten aanwijzen en daar bepaalde regels voor laten gelden in hun omgevingsplan. “Met dit alles kun je onder de Omgevingswet vrijwel hetzelfde bereiken als wanneer je de natuur tot rechtspersoon zou maken.”

Hoe nu verder?

Gemeenten kunnen niet alleen de natuur op hun grondgebied een stem geven en beter beschermen, maar ook het cultuurlandschap. Gemeenten zijn immers als eerste verantwoordelijk voor de bescherming van landschap, niet de provincie of de staat. Er is veel te kiezen, concluderen ze. Van de manier van besluiten nemen tot het type beschermingsregels en hoe zwaar die worden. Hoe ver een gemeente daar in wil gaan, moet het bestuur via een democratische weg bepalen.

De onderzoekers raden aan om daarbij altijd te zorgen voor verbinding met de samenleving en voldoende draagvlak. “Dat doet alle betrokkenen zoveel mogelijk recht”, vertelt Baayen. “In de gemeente Eijsden-Margraten blijkt uit de draagvlakpeiling die wij hebben uitgevoerd dat er relatief brede steun is voor stappen vooruit, mits er ook ruimte blijft voor de andere belangen van de burgerij en het bedrijfsleven, met name voor de landbouw en woningbouw.”

Lees het hele artikel