Wereldwijd heeft maar liefst 44 procent van alle mensen met diabetes geen idee de ziekte te hebben. Dat is de alarmerende conclusie van een studie van de University of Washington School of Medicine. Het gaat vooral om diabetes type 2.
Het onderzoek werd gepubliceerd in het vakblad The Lancet Diabetes & Endocrinology. Het gaat hier niet om een kleinschalig onderzoek. Data uit 204 landen werden onder de loep genomen. De data werden verzameld tussen de jaren 2000 en 2023.
Rijke landen doen het beter
Uit de studie blijkt dat dit een wereldwijd probleem is. Toch zijn er enorme regionale ongelijkheden. In welvarende gebieden zoals West-Europa, Noord-Amerika en het zuiden van Latijns-Amerika zijn respectievelijk 78, 83 en 80 procent van de patiënten gediagnosticeerd. Dat wil zeggen dat bijna een op de vier patiënten in West-Europa nog niet weet dat zij diabetisch zijn. In armere delen van de wereld is de situatie veel slechter. In Centraal-Sub-Sahara Afrika is bijvoorbeeld slechts 16 procent gediagnosticeerd.
En diagnoses zijn één ding, behandeling een ander. In welvarende landen worden bijna alle gediagnosticeerde patiënten behandeld. In armere landen is dat lang niet het geval. In Centraal-Afrika krijgt slechts 69 procent van de bekende patiënten medicatie.
Deze kloof, zeggen de onderzoekers, komt voornamelijk door de ongelijke toegang tot zorg, screeningsprogramma’s en voorlichting. In rijkere landen, zoals de onze, worden mensen vaker gecontroleerd en is de toegang tot tests en medicatie relatief laagdrempelig. In landen met minder middelen is het veel moeilijker om betrouwbare medische informatie te vergaren en om een correcte behandeling te krijgen.
Meeste patiënten hebben diabetes niet onder controle
Maar zelfs wanneer de ziekte wordt behandeld, blijft het moeilijk om diabetes onder controle te houden. Wereldwijd houdt slechts 42 procent van de behandelden de bloedsuikerspiegel stabiel, veel minder dan de helft. Gecombineerd met het relatief lage diagnosepercentage heeft maar 21 procent van alle diabetespatiënten wereldwijd de ziekte echt onder controle, menen de onderzoekers.
Wat de situatie nog erger maakt, is dat vooral jongvolwassenen tussen de 15 en 39 jaar risico lopen. Bij hen is slechts 26 procent gediagnosticeerd. Hoe later de ziekte wordt ontdekt, hoe groter de gevolgen, wat wil zeggen dat miljoenen jongvolwassenen levenslang nodeloos zouden kunnen lijden. Zonder behandeling richt diabetes namelijk serieuze schade aan in het lichaam. Het tast bloedvaten aan, en dat kan leiden tot hart- en vaatziekten, beroertes, nierfalen, blindheid en zelfs amputaties. Vooral bij jongere patiënten, die nog decennia voor de boeg hebben, stapelen deze problemen zich door de jaren heen op.
Nog veel werk aan de winkel
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) wil dat in 2030 80 procent van alle patiënten is opgespoord, maar op dit moment staat de teller op 56 procent. Dat doel lijkt dus nog ver weg. Toch is er traag maar zeker vooruitgang. In het jaar 2000 was slechts 47 procent van alle gevallen bekend. Aan dit tempo zal het streefdoel voor 2030 echter niet gehaald worden. Het aantal patiënten groeit bovendien razendsnel. Vandaag de dag leven naar schatting zo’n 830 miljoen mensen met diabetes. Dat is een verviervoudiging sinds 1990. De WHO schat dat dit cijfer zal toenemen naar 1,3 miljard in 2050.
Waarom blijft diabetes zo vaak onontdekt?
Diabetes type 2, de meest voorkomende variant die in de volksmond ook wel bekendstaat als ouderdomsdiabetes, sluipt vaak ongemerkt binnen. Symptomen zoals vermoeidheid of meer dorst worden afgedaan als stress of veroudering. In veel ontwikkelingslanden ontbreekt toegang tot simpele bloedsuikertests, of zijn ze te duur; mensen zoeken pas hulp als het echt mis is. Bij jongeren denken artsen bovendien minder snel aan diabetes type 2. En dan is er nog angst: sommigen mijden controles uit vrees voor slecht nieuws. Bij diabetes type 1, dat meestal al op jonge leeftijd ontstaat, zijn artsen meestal sneller. Daar zijn de klachten doorgaans veel acuter en moeilijker te negeren. Een snelle diagnose is daar vaak noodzakelijk, omdat het lichaam zonder insuline snel in gevaar komt.
Wat is er nodig voor verandering?
De onderzoekers roepen op tot actie op meerdere vlakken. Landen moeten beginnen met een betere screening voor risicogroepen, zoals mensen met overgewicht, een hoge bloeddruk of een familiegeschiedenis van diabetes. Jonge volwassenen moeten ook meer aandacht krijgen. Daarnaast moeten tests overal toegankelijk en betaalbaar worden, bijvoorbeeld via apps op smartphones om de bloedsuikerspiegel te monitoren. Ook moet er meer bewustwording komen over risicofactoren zoals overgewicht en ongezond eten. Ten slotte moeten mensen worden aangeleerd de symptomen te herkennen.