Dit keer zit Doom in de Middeleeuwen en moet je nadenken.

4 uren geleden 1

Oh, Doom. Zoveel oude gameseries zijn verdwenen, verwaterd of volwassen geworden, maar jij: jij blijft gewoon Doom. Je held is een spierbundel met een groene helm die door iedereen gevreesd wordt, je vijanden zijn demonen recht uit de hel (die hoef je niet te humaniseren). En spreken? Dat doet de speler lekker via het kanon in haar handen. Doeltreffend, en zo simpel dat je de oorspronkelijke Doom op elk apparaat kan spelen, van koelkasten tot grasmaaiers. Een formule om door een ringetje te halen. Niks meer aan veranderen.

Doom werd in 2016 uit de prullenbak gevist door zijn oorspronkelijke makers, id Software, en opgepoetst: mooiere werelden, het vaagste vleugje van een verhaal, af en toe springen en klauteren. Maar het bleef Doom, van het simpele geweld tot de rondgestrooide EHBO-kistjes. Na het nóg snellere Doom: Eternal (2020) komt id Software nu met Doom: The Dark Ages, een prequel, die plaatsvindt op een totaal andere plek (niet de Aarde of Mars maar een middeleeuwse wereld, een soort techno-Game of Thrones) waar de Doom Slayer uiteraard wordt gecharterd om de legioenen van de Hel terug naar huis te jagen.

Het tempo is bedeesder. Ineens moet de Slayer in de verdediging: je grote troef in deze game is je schild, die aanvallen tegenhoudt. Komt-ie te dichtbij, dan sla je de vijand in het gezicht. En oké - de gebruikelijke uitbundige collectie wapens zijn ook aanwezig. Het blijft Doom.

Veel inhoudelijks valt er zelden te zeggen over deze games. Ze bestaan bij de gratie van hun adrenaline-wekkend vermogen. Maar juist de teruggeschroefde snelheid zit de echte Doom-ervaring hier in de weg. In plaats van continu in beweging te zijn, in plaats van je hoofd leeg te maken en helemaal op je reflexen te varen, moet je nu ineens tactisch nadenken. Ah, die vijanden hebben schilden. Daar moet je eerst op schieten. Wacht tot ze in de buurt van andere vijanden zijn, en gooi dan met je eigen schild, want dan exploderen ze. En dan, en dan– enzovoorts.

Het werkt uiteindelijk net niet. Gevechten duren te lang, slepen zich eindeloos voort. Nutteloze levels waarin je ineens op een draak of in een groot robotpak door een soort achtbaan heen moet, voelen geforceerd. Het fijnste is Doom: The Dark Ages wanneer je wordt losgelaten in een groter gebied. Even sfeer snuiven, even écht op verkenningstocht. De echte adrenalinerush komt pas als je een half uurtje geheimpjes kan zoeken. Ha! Goudstukken om m’n schild weer iets beter te maken!

Kijk, er is niks mis met deze Doom. Elke Doom is gewoon Doom; als je ervan houdt, dan is het prima. Toch voelt het alsof de trilogie zo met een sisser afloopt. Die heerlijk voortstampende rockmuziek ontbreeks dit keer - de legendarische metal-componist Mick Gordon vertrok na juridische geschillen. Een trap na.

Lees het hele artikel