Genadeklap of niet: nieuw bewijs laat zien dat dinosauriërs zelfs vlak voor de inslag nog floreerden

17 uren geleden 2

Het is één van de meest bekende gebeurtenissen: de enorme inslag van 66 miljoen jaar geleden waardoor dinosauriërs massaal uitstierven. Maar: was de klap echt zó sterk, of waren dinosauriërs inmiddels zwak geworden? Onderzoekers denken het antwoord gevonden te hebben.

Al tientallen jaren discussiëren paleontologen over de laatste hoofdstukken van het Krijt: was de inslag echt zó sterk dat deze een massale uitsterving kon veroorzaken van gezonde beesten? Of diende het meer als genadeklap voor een verzameling kwakkelende wezens die het al lang niet goed deed? Een team onder leiding van Andrew Flynn denkt nu het antwoord te hebben: dinosauriërs deden het fantastisch tot het bittere eind. Het onderzoek is gepubliceerd in Science.

Onzekerheid

In het onderzoek stelt het team dat een deel van de onzekerheid komt door gaten in het fossielenarchief en onderzoeken die elkaar tegen lijken te spreken. Tot nu toe kwamen de best gedateerde fossielen uit die explosieve periode uit de vindplekken rondom Hell Creek en Fort Union, in het noorden van Noord-Amerika. Helaas is het bewijs op deze vindplekken niet erg eenduidig, waardoor zelfs daar onderzoeken verschillende conclusies trekken.

De nieuwe studie onthult een belangrijk nieuw puzzelstuk. Het team van Flynn presenteert data die de Naashoibito-laag, een fossielrijke laag in het noorden van New Mexico, nauwkeurig dateert op ongeveer 66,4 tot 66,0 miljoen jaar geleden. Daarmee zijn de dinosauriërfossielen uit dit zuidelijke gebied even oud als die uit Hell Creek en Ford Union.

De gevolgen hiervan zijn impactvol te noemen: alle fossielen uit die laag kunnen nu gelden als bewijs dat iets kan zeggen over de gezondheid van dinosauriërs die toen leefden. De dinosauriërs uit die laag zijn bijzonder verschillend. En misschien nog wel het meest belangrijk: ze vertonen geen tekenen van achteruitgang. Het tegenovergestelde is waar: ze deden het vlak voor de inslag juist bijzonder goed.

Fauna

De onderzoekers gingen echter verder dan alleen het dateren van een laag. Ze gebruikten de nieuwe gegevens voor een analyse die iets kan zeggen over de fauna in New Mexico uit die tijd. Ze vergeleken deze analyse met andere analyses die keken naar de fauna op andere plekken in Noord-Amerika. Hieruit blijkt dat ook planten en bomen heel divers waren en dat er niet een soort van ‘standaard-ecosysteem’ over het hele westen van het continent lag.

Integendeel: in het zuiden leefden duidelijk andere dinosauriërs dan in het noorden. En jazeker, in het zuiden waren ook hele andere planten te vinden dan in het noorden. Dat detail is belangrijk: het suggereert dat vooral plaatselijke omstandigheden uitmaakten welke soorten waar voorkwamen. Tot het moment van de inslag het speelbord in één klap omverwierp en daarmee het paleoceen introduceerde.

Kaartenhuis

De resultaten zijn belangrijk vanwege meerdere redenen. Ten eerste is nu bewezen dat de Naashoibito-laag kan dienen als een zuidelijke tegenhanger van de gebieden rondom Hell Creek en Fort Union. Ten tweede is er met dit onderzoek eindelijk een antwoord gekomen op een discussie die al heel lang speelt: als dinosauriërs het tot het eind heel goed deden, dan is een spontane klap de meest waarschijnlijke verklaring voor de massale uitsterving die plaatsvond.

Het onderzoek wijst erop dat die kennis ook waardevol is voor de toekomst: alhoewel moderne ecosystemen lang in stand kunnen blijven kan een grote verstoring het geheel als een kaartenhuis in elkaar laten vallen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een grote temperatuurpiek, of aan lokale milieus die snel omslaan. Daarnaast blijkt ook uit het onderzoek hoe belangrijk het is dat fossielen nauwkeurig gedateerd worden: zonder betrouwbare dateringen blijven achterliggende patronen maar vaag en gaan we trends zien die er mogelijk helemaal niet zijn.

Schrijf je in voor de nieuwsbrief!
Ook elke dag vers het laatste wetenschapsnieuws in je inbox? Of elke week?
Schrijf je hier in voor de nieuwsbrief!

Luister ook naar de Scientias Podcast:

Lees het hele artikel