Nog niet eens zo heel lang geleden dachten mensen dat het gezond was om salami of paté op je boterham te doen. Tegenwoordig weten we beter: een nieuwe studie toont nu zelfs aan dat je langer leeft als je plantaardige eiwitten eet in plaats van dierlijke.
Australische onderzoekers hebben 60 jaar aan data uit meer dan 100 landen erbij gepakt. Doel: achterhalen of het eten van plantaardige versus dierlijke eiwitten invloed heeft op de levensverwachting van een bevolking. De resultaten zijn niet helemaal eenduidig.
Uitzondering voor kinderen tot 5 jaar
Hoofdonderzoeker Caitlin Andrews vertelt: “Onze studie laat een gemengd beeld zien wat betreft de gezondheidseffecten van dierlijk versus plantaardig eiwit op populatieniveau. Voor kinderen onder de 5 jaar verlaagde een voedselsysteem met grote hoeveelheden dierlijke eiwitten en vetten, zoals vlees, eieren en zuivel, de kindersterfte. Voor volwassenen gold echter het omgekeerde: plantaardige eiwitten verhoogden de algehele levensverwachting.”
De gegevens laten ook zien dat over de hele wereld mensen steeds meer dierlijke eiwitten eten vergeleken met vorige generaties. Maar in landen waar meer plantaardige producten op het menu staan, zoals kikkererwten en tofu, leeft de bevolking dus wel langer.
Notoire vleeseters
Dat bleek uit analyse van openbare gegevens over de voedselvoorziening in 101 landen in de periode van 1961 tot 2018. De gegevens omvatten de hoeveelheid voedsel die per land werd geproduceerd, samen met de hoeveelheden calorieën, eiwitten en vetten die beschikbaar waren voor consumptie. Er is gecorrigeerd voor bevolkingsomvang en rijkdom.
Je kunt je voorstellen dat als meer dan honderd landen zijn onderzocht, allerlei voedselsystemen de revue passeren, van de vleeseters in Australië, de VS, Zweden en Argentinië tot meer vegetarische landen zoals Pakistan en Indonesië. Punt is natuurlijk dat in sommige (rijkere) landen de gezondheidszorg en de voedselkwaliteit veel beter zijn dan in andere. Daar hebben de onderzoekers zo goed mogelijk voor proberen te corrigeren. Daarna bleek dat landen waar over het algemeen meer plantaardige eiwitten werden geconsumeerd, zoals bijvoorbeeld ook India, de levensverwachting relatief hoger lag dan in landen waar er vaker een hamburgertje gegeten werd, zoals de VS. Dit is overigens enkel een correlatie, er kunnen dus andere factoren zijn die een rol spelen.
Geen bewerkt vlees meer
Het is natuurlijk geen nieuws dat dierlijke eiwitten, vooral die in verwerkt vlees, ongezond zijn. Hamburgers, worst en rood vlees in het algemeen worden in verband gebracht met allerlei aandoeningen, van hart- en vaatziekten en diabetes tot darmkanker.
Daarentegen worden plantaardige eiwitten, denk aan peulvruchten, noten en volkoren producten, juist gelinkt aan een lager risico op ziektes en een lager sterftecijfer. Plantaardige diëten hebben mogelijk zelfs bijgedragen aan de hoge levensverwachting in de Blue Zones, waar de meeste 100-plussers leven, zoals op Okinawa in Japan, Ikaria in Griekenland of Loma Linda in Californië.
Hoofdonderzoeker dr. Alistair Senior reageert: “Eiwit is een cruciaal onderdeel van het menselijk dieet, maar nu eetgewoonten veranderen en ontwikkelde landen proberen koolstofvrij te worden, wordt er steeds kritischer gekeken naar waar we onze eiwitten vandaan halen. De wetenschap dat plantaardig eiwit in verband wordt gebracht met een langer leven is echt belangrijk als we niet alleen kijken naar de invloed van onze voeding op onze eigen levensduur, maar ook op de gezondheid van de planeet.”
De lage levensverwachting in de VS
Over het algemeen geldt er een sterk verband tussen hoe rijk een land is en de levensverwachting van zijn bevolking. Lange tijd waren de Verenigde Staten daar een lichtend voorbeeld van. Maar die tijd is voorbij. Waar Amerikanen – fanatieke vleeseters – in 2019 gemiddeld nog 78,8 jaar oud werden, lag dat cijfer in 2022 op slechts 76,4 jaar – een daling van ruim 2 jaar in korte tijd. Dat is de grootste terugval in levensverwachting in de VS sinds de Tweede Wereldoorlog. Covid-19 had impact, maar ook overgewicht en obesitas spelen een rol. Daardoor neemt het aantal mensen met ziektes als diabetes, hart- en vaatziekten en kanker toe. Verder zijn er steeds meer sterfgevallen door overdoses van opioïden en stijgt het aantal zelfdodingen. Ook zijn er grote gezondheidsverschillen tussen bevolkingsgroepen en regio’s. Dus waar veel westerse landen hun levensverwachting weer zien stijgen na corona, blijven de VS achter. Het wijst op dieperliggende structurele problemen in de Amerikaanse gezondheidszorg en samenleving. Dat zie je bijvoorbeeld ook aan eerder onderzoek waar we over schreven en waaruit bleek dat zelfs de allerrijkste Amerikanen korter leven dan de gemiddelde Nederlander. We schreven: “Hun geld biedt voordelen, maar kan niet alles opvangen. De onderzoekers vinden dit een wake-upcall. Het probleem zit niet alleen in de zorg, maar in hoe de samenleving in zijn geheel werkt.”