Mijn moeder woont in een groot huis op de Hondsrug, in Drenthe. We woonden er ooit met ons hele gezin, maar nu woont ze alleen. In haar dorp wonen nog veel meer ouderen in hun eentje of met z’n tweeën in grote gezinswoningen. Sommige ouderen vinden het fijn om de ruimte te hebben, en een grote tuin. Maar velen zitten er ook tegen wil en dank. Er zijn namelijk geen kleinere seniorenwoningen beschikbaar. En dat is wel frappant. Er is immers niets zo zeker als de snelheid van je leeftijd: precies één jaar per jaar. De gemeente van mijn moeder weet dus al sinds de naoorlogse babyboom, dat is alweer 75 jaar geleden, dat er rond deze tijd een enorme vraag naar seniorenwoningen zou komen. Toch zijn ze er niet.
Dat de woningmarkt een belangrijk politiek thema is, heeft een hoop verschillende oorzaken. Maar vaak wordt een crisis pas een crisis als je niet genoeg vooruitkijkt. Of als je wel vooruitkijkt maar niets doet met wat je daar in de toekomst ziet. Demografische ontwikkelingen kunnen heel groot zijn, maar je kunt ze wel ver van tevoren zien aankomen. Dat de woningvoorraad niet aansluit bij de huidige bevolkingspiramide had niet gehoeven. Men keek wel maar vergat daarna iets te doen.
Kwantitatief vooruitkijken was ooit onmogelijk. Het ontbrak aan kennis, maar zeker ook aan de juiste wiskunde. Dankzij de moderne wetenschap is de toekomst toch binnen bereik gekomen. Zeker als het onderwerp dat je bestudeert zich laat beschrijven door wiskundige vergelijkingen die een toekomstige toestand kunnen berekenen vanuit het heden. Demografie is daarvan een uitstekend voorbeeld en ontwikkelde zich al vroeg in de moderne tijd. Tijd is de motor van de demografische wiskunde: elk jaar worden leden van een populatie een jaar ouder. Terwijl die klok tikt, verandert de populatieomvang door geboorte, sterfte of migratie, en dat hangt weer af van externe factoren zoals oorlog, ziekte, welvaart en politiek beleid.
De Engelse Thomas Malthus knoopte al deze zaken aan elkaar in een politieke en economische visie die erop gericht was om crises te voorkomen. Omdat de bevolking in zijn modellen exponentieel groeide en de beschikbare hulpbronnen slechts lineair, dreigde constant de Malthusiaanse catastrofe van oorlog, honger en ziekte. Malthus, die toen nog niet kon vermoeden dat de voedselproductie spectaculair meer dan lineair kon stijgen, stelde actief politiek beleid zoals geboortebeperking voor om de catastrofe uit te stellen of te verlichten.
Dat gaat natuurlijk niet gebeuren
Demografie is kortom een tak van wetenschap die ons bij uitstek in staat stelt om toekomstige crises te voorkomen. Of, als je cynisch bent, om ze te zien aankomen. De uitdagingen van de toekomst worden duidelijk geschetst in meerdere rapporten: de werkende bevolking krimpt, het aantal 80-plussers stijgt in de komende 25 jaar van 800.000 naar 1,6 tot mogelijk ruim 2 miljoen. Voor behoud van het huidige niveau van ouderenzorg moet straks een op de drie werkenden in de zorg aan de slag. Dat gaat natuurlijk niet gebeuren, en dus is de keuze even duidelijk als kil: minder zorg, of meer zorg per zorgmedewerker. Dat laatste heet innovatie in de zorg. Het is de crisis die mij gaat raken: ik word 70 in 2050.
Vooruitkijken gebeurt overal in de wetenschap, maar de een kijkt wat verder dan de ander. Astrofysici: over een miljard jaar is de zon zo veel feller geworden dat op aarde de oceanen zijn drooggekookt en leven zoals we het nu kennen onmogelijk is. Geologen: over een paar miljoen jaar zijn Afrika en Europa tegen elkaar aangebotst en is de Middellandse Zee verdampt en verdwenen. Allemaal catastrofes maar voor politiek niet zo relevant. Klimaatwetenschap maakt zich bij uitstek relevant op precies die tijdschaal van beleid. Die kijkt precies een paar generaties de toekomst in. De achterliggende vergelijkingen gaan weliswaar niet over mensen maar wel over energie. Veranderingen in temperatuur komen door meer of minder zonlicht, en door broeikasgassen die warmte vasthouden in de atmosfeer. De huidige en toekomstige opwarming komt vrijwel volledig door dat laatste, doordat we fossiele brandstoffen verbranden. Ook hier moet je de stap zetten van kijken naar doen om een crisis te voorkomen. Uit verschillende uitgewerkte scenario’s kun je zelf kiezen hoe groot je de klimaatcrisis wilt hebben.
Als de wetenschap ons dat vizier op de toekomst aanreikt, waarom doen we er dan zo weinig mee? Waarom draait het toch vaak op een crisis uit? Waarom is de uitstoot van broeikasgassen niet allang aan het dalen? Waarom heeft nog niemand een idee wie mij op mijn oude dag gaat verzorgen? Waarom zijn er in het dorp van mijn moeder zo weinig huizen voor ouderen? Waarom laten we het er vaak zo op aankomen?
Het is geweldig dat de wetenschap ons de toekomst in kan laten kijken. Als we ons meer van die vergezichten zouden aantrekken, hoeven we ons veel minder te laten verrassen en kunnen we heel ver vooruitplannen zonder in crisismodus te raken. Vooruitkijken en er vervolgens ook iets mee doen, daar zit het grootste potentieel voor benutting van wetenschappelijke kennis.











English (US) ·