Ouderen niet enthousiast over verhuizen naar een verzorgingshuis: wonen veel liever zelfstandig

9 uren geleden 2

Slechts 8 procent van de thuiswonende ouderen wil verhuizen naar een verzorgingshuis zodra ze meer zorg en ondersteuning nodig hebben. Liever verkassen ze naar een zelfstandig appartement in een wooncomplex met een eigen voordeursleutel en zorg op afroep. Of blijven ze wonen op hun oude adres door meer thuiszorg in te schakelen. Dat blijkt uit een deze week te verschijnen peiling onder 3.583 thuiswonende 65-plussers, uitgevoerd door onderzoeksbureau Abbi in opdracht van ouderenbond ANBO-PCOB.

De uitkomst is saillant, want het kabinet-Schoof onderzoekt juist een terugkeer van het verzorgingshuis. Deze woonvorm werd zo’n tien jaar geleden afgeschaft om de kosten van de ouderenzorg te beteugelen. In het verzorgingshuis, ook wel ‘bejaardenhuis’ genoemd, woonden ietwat kwetsbare ouderen in een eigen kamer. Ze deelden een woonkamer, aten veelal samen en ondernamen groepsactiviteiten. Zorgmedewerkers hielpen onder meer met wassen, haren kammen, het aantrekken van steunkousen. Verslechterde de gezondheid van de ouderen, dan konden ze verhuizen naar het verpleeghuis, voor intensievere zorg.

Maar liefst 90 procent woont liever in een zelfstandig appartement met eigen voordeursleutel

Minister van Volksgezondheid Fleur Agema (PVV) wil het verzorgingshuis graag terug, bleek al in 2023 toen ze als Kamerlid daartoe een initiatiefwetsvoorstel indiende met BBB-Kamerlid Nicki Pouw-Verweij. De sluiting van verzorgingshuizen noemden ze „een vergissing” gezien de vergrijzing, de groeiende wachtlijst voor verpleeghuizen en het stijgend aantal mensen met dementie. „Is het niet tijd weer te gaan wonen in een gezamenlijk huis met zorg en ondersteuning?”

Hun plan zou 600 miljoen euro kosten, een bedrag dat ook wordt genoemd in het hoofdlijnenakkoord van het kabinet-Schoof.

Lees ook

Als het aan de PVV en BBB ligt, keert het bejaardenhuis terug: ‘60-plussers denken: wat gebeurt er in 2040?’

Een recreatieruimtes van  een bejaardenhuis.

Ouderdomsklachten

Maar ouderen verlangen dus niet naar een gezamenlijk huis, zo blijkt uit de peiling van de ouderenbond. De steekproef is representatief voor thuiswonende 65-plussers: data werden gewogen op onder meer geslacht, opleiding, leeftijd en regio. „Stel,” zo luidde de vraag, „u heeft door ouderdomsklachten meer zorg nodig, u heeft geen partner en bent nog ‘te goed’ voor het verpleeghuis: wat zou u doen?” 29 procent zegt in dat geval het liefst de thuiszorg in te schakelen, 18 procent ‘weet het niet’, de overige 53 procent staat open voor verhuizen.

Maar waarheen? Slechts 14 procent van deze ‘verhuizers’ zegt in een verzorgingshuis te willen wonen, waar zorgmedewerkers na een klop op de deur hun kamer binnenstappen. Liefst 90 procent woont liever in een zelfstandig appartement met eigen voordeursleutel in een zogenoemd ‘woonzorgcomplex’ voor senioren – de zorg komt daar langs op afspraak.

Gevraagd welke aspecten ze belangrijk vinden bij het kiezen van een woonvorm, kruisen de meeste ouderen „zelfstandigheid” aan, gevolgd door „privacy (mijn eigen voordeur)” en „zelf beslissen hoe mijn dag eruitziet”.

„Als je de vraag stelt: ‘Wil u het bejaardentehuis terug?’, zijn veel mensen bereid ‘ja’ in te vullen”, zegt persvoorlichter Simon van Herpen van de ouderenbond. „Maar als de vraag is: ‘wil je er zélf wonen?’, is het enthousiasme veel minder groot.”

Lees ook

In dit verzorgingstehuis voelen Franse ouderen zich wél thuis: ‘je mag hier blijven wie je bent’

Bewoners van het tehuis samen met de directeur en een medewerker.
Lees het hele artikel