Deze zeevogel poept liever in de lucht dan in de oceaan

21 uren geleden 4

Waar poept een zeevogel als niemand toekijkt? Het antwoord lijkt eenvoudig: in de oceaan. Maar het poepgedrag van gestreepte pijlstormvogels is zo simpel nog niet, schrijven twee Japanse biologen in Current Biology. Ze blijken uitsluitend al vliegend hun behoefte te doen, zelden tot nooit drijvend op het water. En vaak ook: elke 4 tot 10 minuten. Dat kan ingrijpende gevolgen hebben voor de nutriëntenkringloop in zee.

Wie weleens een flats van een op een lantaarnpaal zittende zilvermeeuw op z’n kop gekregen heeft, zal wellicht denken: kust- en zeevogels poepen zittend. Maar van zeevogels die de open oceaan over trekken is verrassend weinig bekend over hun defecatiegedrag – alle informatie die er is komt vanuit broedkolonies op het land.

Dat is een gemis, vonden de Japanse biologen. Om meer te weten over de beschikbaarheid van voedingsstoffen in de oceaan is het juist belangrijk om te weten wie zich wanneer waar ontlast. Van walvissen bijvoorbeeld is een fenomeen bekend dat wel de whale pump wordt genoemd: de dieren eten in de diepte en poepen aan het oppervlak, waardoor daar nutriënten vrijkomen waaraan plankton zich tegoed kan doen. Dat plankton is belangrijk voor de opslag van CO2 vanuit de atmosfee. Zo is de walvisontlasting dus indirect van invloed op het klimaat.

Videocamera’s op de buik

Ook van vogelpoep in kustzones rond eilanden is bekend dat de voedselsamenstelling er verregaand door kan worden beïnvloed. In 2023 stond er in Nature Communications bijvoorbeeld nog een publicatie over de invloed van pinguïnpoep op de ijzerbeschikbaarheid in de Zuidelijke Oceaan: de veelvoorkomende kinbandpinguïns recyclen op die manier naar schatting zo’n 521 ton ijzer per jaar. Van soortgelijk belang zouden de grote hoeveelheden vogelpoep in zee kunnen zijn, maar onderzoeksgegevens ontbraken tot nu toe.

Sorry, het lukt niet om de video af te spelen.
of probeer het later nog eens.

De auteurs van het huidige artikel brachten daar verandering in. Ze voorzagen enkele gestreepte pijlstormvogels (Calonectris leucomelas) op het Japanse eiland Funakoshi Ohshima – hun broedlocatie – van kleine videocamera’s op de buik. Door de lens naar achteren te richten konden ze het poepgedrag filmen tijdens de vluchten die de vogels ondernamen om voedsel te zoeken voor hun jonkies. Op bijna 36 uur film legden ze 195 cloacalozingen van 15 pijlstormvogels vast. Die vonden vrijwel allemaal plaats terwijl de vogels door de lucht vlogen – slechts in één geval dobberde de poepende vogel op het water.

Drijvend toiletbezoek

Verreweg het vaakst werd er gepoept binnen een halve minuut nadat de vogels opstegen, soms landden ze zelfs direct erna weer op zee: waarschijnlijk ging het in die gevallen om speciale ‘ontlastingsvluchten’. Zo’n vliegend toiletbezoek heeft een paar voordelen ten opzichte van een drijvend toiletbezoek. Allereerst is het hygiënischer en blijft de gevoelige cloaca beschermd tegen het bijtende zoute zeewater. Bovendien zou de houding voor minder druk op het verteringsstelsel kunnen zorgen én maakt een vliegtochtje de vogels minder kwetsbaar voor haaien of andere zeeroofdieren die op de uitwerpselen afkomen.

In de meeste gevallen poepten de vogels met tussenpozen van vier tot tien minuten (soms dus met meerdere landingen op water tussendoor). Naar schatting verloren ze daarbij zo’n 30 gram uitwerpselen per uur, corresponderend met ten minste 5 procent van hun lichaamsgewicht. Dat lichtere gewicht is waarschijnlijk nodig om zo efficiënt mogelijk te kunnen vliegen. En hoe meer ze poepen, des te meer gewicht aan voedsel kunnen ze in theorie in hun maag meenemen voor het hongerige kroost dat in de broedkolonie wacht.

Vogelgriepvirussen

De volgende stap is nu om in beeld te brengen waar welke zeevogelsoorten frequent poepen. Een enkele gestreepte pijlstormvogel maakt wellicht weinig verschil, maar een totaal van naar schatting zo’n 424 miljoen zeevogels kan een behoorlijke invloed hebben op de nutriëntenomloop. Om nog maar te zwijgen over de verspreiding van ziekteverwekkers, want waar veel gepoept wordt neemt óók de kans op overdracht van vogelgriepvirussen toe.

Lees het hele artikel