Het is officieel: de klimaatverandering heeft nu ook een effect op ‘het dak van de wereld’, zoals het Pamir-gebergte ook wel wordt genoemd. Uit nieuw onderzoek blijkt dat de Kyzylsu-getsjer door te weinig sneeuwval onder druk is komen te staan.
Dit blijkt uit een nieuwe studie onder leiding van de Pellicciotti-groep van het Institute of Science and Technology Austria (ISTA). De studie is gepubliceerd in Communications Earth & Environment. Op basis van modelberekeningen met data afkomstig uit de periode 1999–2023 concluderen de onderzoekers dat de Kyzylsu-gletsjer uiterlijk in 2018 een kantelpunt bereikte.
De Kyzylsu ligt in de noordwestelijke Pamir, Tadzjikistan—een gebied dat vanwege zijn enorme zoetwaterreserves ook wel het “Derde Poolgebied” wordt genoemd. Terwijl gletsjers in bijvoorbeeld de Alpen en de Andes al een tijd snel terugtrekken, bleven sommige gletsjers in de Pamir en Karakoram verrassend stabiel. Die opmerkelijke toestand staat bekend als de Pamir-Karakoram-anomaly. De nieuwe studie wijst er echter op dat die relatieve stabiliteit onder druk is komen te staan door afnemende sneeuwval. Sinds 2018 neemt de gletsjer in gezondheid af en komt er daarmee een einde aan het fenomeen in deze uithoek van de wereld.
Klimaatmeetstation
Om dat aan te tonen bouwde het team samen met lokale partners een klimaatmeetstation in het Kyzylsu-stroomgebied, op een hoogte van net onder de 3400 meter. Sinds 2021 verzamelen ze daar gegevens over sneeuwval, het sneeuwdek en de waterafvoer. Die lokale observaties zijn gecombineerd met een zogeheten climate reanalysis. Hiervoor heeft het team grootschalige klimaatdatasets samengevoegd en ingevoerd in computermodellen die het klimaat, het sneeuwpakket, de massabalans van de gletsjer en de waterstromen doorrekenen. Daarmee reconstrueerden de onderzoekers het gedrag van het volledige stroomgebied over 1999–2023. Welke analyses de onderzoekers op deze manier ook uitvoerden, steeds doemde hetzelfde signaal op: een duidelijk kantelpunt in of vóór 2018.
De onderzoekers ontdekten dat de verminderde sneeuwval verregaande gevolgen heeft. Minder sneeuwval betekent namelijk een dunner sneeuwdek, minder reflectie van zonlicht en eerder blootliggende donkerdere ijsoppervlakken. Hierdoor warmt de gletsjer sneller op en smelt er (opnieuw) meer ijs. In dit geval compenseert de extra gesmolten ijs ongeveer een derde van het waterverlies dat wordt veroorzaakt door de verminderde sneeuwval. Dat levert op korte termijn meer smeltwater op, maar holt op langere termijn de ijsvoorraad uit—en daarmee de natuurlijke “watertorenfunctie” van het gebied.
Soviet-Unie
De onderzoekers benadrukken tegelijk de onzekerheden en beperkingen. Met de val van de Soviet-Unie is er ook een eind gekomen aan het monitoren van het gebergte. Hierdoor geldt de bergregio inmiddels als een van de minst bemeten bergregio’s ter wereld. Ook nu nog is het al lage aantal meetstations dun verspreidt over uitgestrekte bergketens. De studie gaat bovendien over één specifiek stroomgebied tijdens de periode 1999–2023 en dus niet over de hele Pamir. De auteurs spreken daarom liever van ‘waarschijnlijk’ een kantelpunt dan van een definitief ‘point of no return’. Grootschaligere inspanningen, met een dichter netwerk met meer meetpunten, zijn nodig om te bepalen of andere Pamir-gletsjers dezelfde trend volgen.
Datakloof
Aan de ontstane datakloof wordt inmiddels gewerkt. Sinds 2021 bezocht het team Tadzjikistan zeven keer. Met rugzakken vol instrumenten trokken ze de bergen in om meetstations te plaatsen, te onderhouden en te updaten. De recente inzet richt zich op automatisering en het toekomstbestendig maken van het netwerk—zodat het nog decennialang kan blijven meten. Kennisoverdracht aan lokale partners is daarbij cruciaal: van het onderhouden van apparatuur en het vervangen van interne batterijen tot het veiligstellen van dataverzameling, welke tot voor kort vaak nog via USB-sticks verliep.
De lokale bevolking maakt echt een verschil: onder andere herders kennen de locaties van de meetstations en letten erop dat de metingen niet worden verstoord. Zij melden ook gebeurtenissen in de bergen die onderzoekers soms alleen in satellietbeelden zien. Die wisselwerking maakt duidelijk wat er op het spel staat. Het Kyzylsu-stroomgebied voedt de Amu Darja, een van de grote rivieren van Centraal-Azië, waarvan het water bijna volledig uit gletsjers afkomstig is. Hoewel een hogere smeltsnelheid tijdelijk extra water oplevert, zijn de effecten het sterkst in de directe bergecosystemen en gemeenschappen. Het is volgens de onderzoekers onwaarschijnlijk dat extra smeltwater ooit het lot van de inmiddels grotendeels opgedroogde en nabijgelegen Aralzee wezenlijk zal veranderen; daarvoor is het regionale waterbeheer en -gebruik te bepalend.