Een vraag van een kijker op TikTok leidde tot deze short over de vraag: zit er genoeg energie in bliksem?
Iemand vroeg op TikTok: waarom vangen we geen bliksem op om elektriciteit mee op te wekken?
Dat klinkt superlogisch, toch? Tijdens een onweersbui zie je gigantische lichtflitsen en denk je: daar móet toch energie in zitten? En dat klopt ook: er zit energie in, maar minder dan je denkt en het is lastig te benutten.
Een gemiddelde bliksemschicht bevat ergens tussen de 0,25 en 280 kilowattuur aan energie, afhankelijk van hoe krachtig hij is. In uitzonderlijke gevallen kan dat oplopen tot zo’n 1400 kilowattuur. Klinkt indrukwekkend, maar ter vergelijking: een gemiddeld Nederlands huishouden gebruikt zo’n 3500 kilowattuur per jaar. Dus zelfs een stevige bliksemschicht levert hooguit genoeg stroom voor een gezin voor ongeveer vier maanden.
En dat is dan nog één inslag. Maar dat is niet het grootste probleem. Het echte probleem is dat bliksem heel kort duurt, gemiddeld maar 30 microseconden. Dat is 0,00003 seconden. En in een jaar zitten ruim 31 miljoen seconden. Dus een apparaat dat alleen werkt bij blikseminslag, staat meer dan 99,9999 procent van de tijd gewoon uit.
Daarnaast is bliksem ontzettend onvoorspelbaar. Je weet nooit waar hij inslaat. Wereldwijd zijn er zo’n 1,4 miljard bliksemschichten per jaar, maar op één plek is dat zeldzaam. Alleen boven het Catatumbo-meer in Venezuela komt het bijna elke nacht voor, tot wel 250 bliksemschichten per vierkante kilometer per jaar. Daar zou je er iets mee kunnen… maar ook daar blijft het kort, fel en lastig op te vangen.
Kortom: bliksem is spectaculair, maar als energiebron totaal onpraktisch. Je weet niet waar hij komt, je weet niet wanneer hij komt, en als hij er dan is, is het alweer voorbij voor je er iets mee kunt.