Het goede imago van William Ruto (58) ligt in duigen. In eigen land werd de Keniaanse president na zijn verkiezing in 2022 nog geprezen als de sjacheraar der armen. Ook internationaal oogstte hij lof. In Washington ontving de Amerikaanse president Joe Biden hem vorig jaar nog op een royaal diner met vijfhonderd gasten. Nu zijn gezag afbrokkelt, zoekt Ruto houvast bij iets anders: zijn geloof. De president, die zich al langer profileert als overtuigd pinkstergelovige, wil een kerk met achtduizend zitplaatsen, De kostprijs – één miljoen dollar – betaalt hij naar eigen zeggen uit eigen zak. Zo’n duur project valt slecht in een tijd van dodelijke rellen, bezuinigingen en ontvoeringen door geheim agenten van jonge dissidenten. Maar de president negeert die kritiek: „Ik hoef geen excuses aan te bieden, wat de Duivel er ook van vindt.”
Schiet ze niet dood, breek alleen hun benen
Ruto is op het nationale toneel verwikkeld in een hard gevecht met opstandige jongeren. Bij betogingen van Gen Z-jongeren vielen de afgelopen weken meer dan vijftig doden. De jeugd is de opzichtige corruptie en arrogantie van de politieke elite beu en heeft zich sinds de zomer van vorig jaar op nooit eerder vertoonde wijze – goeddeels geweldloos en op satirische manier – gekeerd tegen de Keniaanse regering. Ruto ontpopt zich daarbij steeds meer als autocraat, zweert plechtig „genoeg is genoeg” en behandelt voortaan zijn tegenstanders als terroristen.
„Schiet ze niet dood, breek alleen hun benen”, verordonneerde hij eerder deze maand de politie. Op sociale media sloegen jonge activisten terug met protestsongs en filmpjes waarin jongeren doormarcheren op krukken en in rolstoelen. Hoewel Ruto er bij ouders op aandringt hun kinderen beter op te voeden, blijkt het traditionele respect en de angst voor heersers en de president echter verdwenen. Het jongerenprotest valt niet meer te onderdrukken en de roep om het aftreden van Ruto klinkt steeds luider.
De samenloop van een economische crisis door een loodzware schuldenlast en eisen van een steeds mondiger en voltallige jeugd veroorzaakten de problemen. Bij zijn verkiezingscampagne in 2022 wierp hij zich op als verdediger van de belangen van de armen en beloofde een einde te maken aan de heerschappij van de politieke dynastieën van rijke families die sinds de Keniaanse onafhankelijkheid de dienst uitmaken. Hij beweerde het op te nemen voor de gewone man en zou banen scheppen voor jongeren, hij bezocht kerken en jeugdgroepen en beloofde subsidies voor kleine boeren en werkloze jongeren. Van zijn verkiezingsbeloften kwam weinig terecht: de corruptie van de politici stopte niet en de in het vooruitzicht gestelde banen bleven uit.
Bondgenoot Washington
Aan het begin van zijn ambtstermijn verkeerde Ruto het merendeel van zijn tijd in het buitenland waar hij schitterde op internationale podia. Hij sprak conferenties toe voor de hervorming van het internationale financiële systeem en pleitte bij de klimaatdiscussies voor het lot van Afrika. Zo wierp hij zich op als een woordvoerder voor Afrika.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data135225539-7f3922.jpg|https://images.nrc.nl/hQZ2MNZPWadAsWqkNq0K5HQB7pA=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data135225539-7f3922.jpg|https://images.nrc.nl/UvE4qhvgjwF0cvSD8b29eisk6ZI=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data135225539-7f3922.jpg)
William Ruto tijdens een bezoek aan Berlijn vorig jaar. De Keniaanse president wierp zich op als woordvoerder voor Afrika. Foto Juliane Sonntag
De kroon op zijn reputatie was dat hij als een van de weinige Afrikaanse leiders bij Biden op bezoek mocht. Hij kwam terug met allerlei financiële lekkernijen en zijn Amerikaanse ambtsgenoot benoemde hem tot Washingtons eerste „grote niet-NAVO-bondgenoot” in Sub-Sahara Afrika. Op Amerikaans verzoek leverde Ruto duizend politieagenten naar het door bendegeweld geplaagde Haïti, op voorwaarde dat de VS ervoor zouden betalen. Die belofte kwam Bidens opvolger Donald Trump niet na en van een speciale relatie met Kenia lijkt onder het nieuwe Amerikaanse bewind ook geen sprake.
Terwijl de regering naar buiten toe vasthoudt aan haar imago van stabiliteit en bondgenootschap, stapelen rapporten van Human Rights Watch, Amnesty International en de Keniaanse mensenrechtencommissie zich op: zij signaleren een patroon van buitensporig geweld tegen demonstranten, intimidatie van activisten en verdwijningen die structureel onbestraft blijven.
Tegenwoordig dwingt de crisis Ruto om thuis te blijven. Kenia stond eerder aan de rand van de afgrond, zoals begin 2008, toen grootschalig geweld na vervalste verkiezingen bijna uitmondde in een burgeroorlog. De protesten werden destijds aangevoerd door politici, die de crisis uiteindelijk bezwoeren via politiek handjeklap: door simpelweg extra stoelen bij te schuiven aan de discussietafel van de elite.
Systeem omverwerpen
Maar met Gen Z als tegenspeler werkt dat soort opportunisme niet langer. Deze jongeren hebben geen aangewezen of verkozen leiders; hun beweging wordt gedragen door digitale toetsenbordkrijgers die corruptieschandalen blootleggen en woede omzetten in protest. Het draait hen niet om posities, maar om principes. Ze passen niet in het zelfbedienende patronagesysteem van Kenia, waar politieke, tribale en zakelijke belangen met elkaar verstrengeld zijn. Met de opkomst van Gen Z is het politieke machtsspel fundamenteel veranderd.
Daarom lijken compromissen uitgesloten. „Wij zijn de kinderen van de gebroken beloftes: goed opgeleid en werkloos”, schreef Hanifa Adan, een 29 jaar oude activist en journalist onlangs in de Daily Nation. „Misschien dat de regering onze protesten overleeft, maar ze zal niet de radicalisering overleven. We willen het systeem niet langer hervormen, maar het vernietigen en heropbouwen.”