Een dag na het volledig verdwijnen van NSC bij de Tweede Kamerverkiezingen wachtte lijsttrekker Eddy van Hijum nog een onplezierige verrassing. Het plan dat hij begin dit jaar als minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid lanceerde met de bedoeling om uitbuiting van arbeidsmigranten tegen te gaan, werd door zijn opvolger, demissionair minister Mariëlle Paul (VVD), afgelopen donderdag van tafel geveegd.
Hierdoor mogen werkgevers ook na 1 januari 2026 bij arbeidsmigranten een kwart van hun minimumloon blijven inhouden voor de kosten van huisvesting. Volgens het eerdere voorstel van Van Hijum kan die regeling „een verdienmodel in de hand werken waarbij arbeidsmigranten worden uitgebuit”.
Van Hijum wist niet wat hij las. „Ik viel nog net niet van mijn stoel”, zegt hij per telefoon tegen NRC over het intrekken van de plannen door zijn opvolger. „De timing hiervan verbaast mij enorm. We hebben het in de verkiezingscampagne wekenlang over arbeidsmigratie gehad, en een dag na de verkiezingen ligt deze brief in de bus. Heel merkwaardig.”
Op sociale netwerksite Linkedin ging de voormalige minister en vicepremier nog een stap verder: „De uitzendlobby @work”, schreef hij in een reactie, waarmee hij suggereerde dat zijn opvolger zich liet beïnvloeden door de uitzendbureaus die arbeidsmigranten in Nederland tewerkstellen én huisvesten.
„De minister heeft uiteraard gesprekken gevoerd met diverse partijen, waaronder met ons”, zegt de woordvoerder van de ABU, de grootste belangenorganisatie in de uitzendbranche, desgevraagd aan de telefoon.
In haar openbare agenda is te zien dat minister Paul op 1 oktober een gesprek voerde met vertegenwoordigers van de ABU. Het ministerie bevestigt dat het wetsvoorstel daarbij aan bod kwam. Op dezelfde dag sprak Paul ook over het onderwerp met SER-voorzitter Kim Putters, vakbonden FNV en CNV en ondersteuningsorganisatie voor arbeidsmigranten FairWork, bevestigt haar ministerie.
Ik viel nog net niet van mijn stoel. De timing hiervan verbaast mij enorm. Heel merkwaardig
Uit een reconstructie van de besluitvorming door NRC blijkt dat demissionair minister Paul al op 23 september – achttien dagen na haar aantreden en ruim een maand voor de verkiezingen – ervan overtuigd was dat het wetsvoorstel van Van Hijum beter van tafel kon. Aanvankelijk stelde zij de besluitvorming uit, waarbij ze het advies van haar ambtenaren negeerde om hierover de Tweede Kamer te informeren. Een dag na de verkiezingen werd per Kamerbrief dat het demissionaire rompkabinet van VVD en BBB de plannen helemaal terugdraait.
Verdienmodel
Over de positie van arbeidsmigranten in Nederland bestaan al jaren grote zorgen. Vijf jaar geleden deed een commissie onder leiding van oud-SP-leider Emile Roemer een reeks voorstellen om uitbuiting van arbeidsmigranten tegen te gaan, waaronder eisen voor betere huisvesting. Toch leven nog altijd veel arbeidsmigranten in Nederland in kleine, beschimmelde of onveilige woningen. Afgelopen februari concludeerde minister Van Hijum dat er „misstanden” bestonden bij de regeling die het inhouden van inkomsten voor huisvesting mogelijk maakte. Werkgevers die arbeidsmigranten zelf huisvesting aanbieden – doorgaans uitzendbureaus – mogen hiervoor tot een kwart van het netto minimumloon inhouden.
De arbeidsmigranten worden door deze regeling „tot op zekere hoogte ontzorgd”, schreef het ministerie van SZW in februari. . Maar de regeling werd volgens SZW door uitzendbureaus „ook als verdienmogelijkheid gebruikt”, door het maximale bedrag op het loon in te houden „terwijl de kwaliteit van de woning dit soms niet rechtvaardigt”.Branchekenners schatten dat ongeveer de helft van de circa een miljoen arbeidsmigranten in Nederland woonruimte van de eigen werkgever huurt – harde cijfers zijn er niet.
Het kabinet stelde voor om de regeling vanaf januari 2026 stapsgewijs af te bouwen, zodat het in 2030 helemaal verboden zou zijn om migranten onder het minimumloon te betalen in ruil voor huisvesting. Arbeidsmigranten zouden volgens SZW zo ook minder afhankelijk worden van hun werkgever, omdat ze bij het verlies van hun baan niet direct hun woonruimte kwijt zijn.
De uitzendbranche keerde zich direct tegen de plannen. Die zouden het juist moeilijker maken om slechte leefomstandigheden van arbeidsmigranten te voorkomen, zo vond de sector. „Als je geen loon meer mag inhouden, moet een werknemer zelf huur betalen. Dan wordt het geld dus nog steeds geïnd, maar is op de loonstrook niet meer zichtbaar hoeveel huur er wordt betaald”, zegt adjunct-directeur Cor de Koeijer van brancheorganisatie NBBU.
„Het inhouden van loon beschermt uitzendkrachten juist”, zegt ook topman Raymond Puts van Otto Workforce, het grootste uitzendbureau van arbeidsmigranten in Europa. „Het is transparant en controleerbaar. Wij zijn ook voorstander van het scheiden van wonen en werken. Op deze manier voorkom je dat mensen in malafide handen vallen. Wij zien dat juist als een gewenste uitkomst.”
Nadelen wegen zwaarder dan voordelen. Niet doen!!”
Tijdens een eerdere verkenning door het ministerie zei ook vakbond CNV dat de regeling juist voordelen heeft: als arbeidsmigranten zelf op zoek moeten naar een huurwoning, zijn ze „overgeleverd aan de (moeilijke) Nederlandse huizenmarkt, inclusief malafide verhuurders”.
NBBU-bestuurder De Koeijer: „Wij willen ook graag dat alle arbeidsmigranten hun eigen huisvesting kunnen vinden. Maar in de huidige woningmarkt is dat gewoon niet haalbaar. Dan is de huidige regeling de beste manier om huisvesting aan te bieden en te handhaven op de kwaliteit daarvan.”
Tijdens een internetconsultatie in juni, waarbij betrokken partijen op het wetsvoorstel van Van Hijum konden reageren, reageerden ook werkgeversorganisaties VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO negatief op het kabinetsplan. Ook vakbond CNV gaf aan te betwijfelen of een verbod op het inhouden van loon de misstanden rond huisvesting van arbeidsmigranten zou oplossen. Grootste vakbond FNV
Klaar voor behandeling
Op 18 september was het voorlopige wetsvoorstel klaar. Maar het plan kon op een nieuwe tegenstander rekenen, blijkt uit ambtelijke nota’s: VVD’er Mariëlle Paul, die na het vertrek van Van Hijum en NSC uit het kabinet op 5 september als demissionair minister van SZW.
„Nadelen wegen zwaarder dan voordelen. Niet doen!!”, schreef Paul op 23 september met de hand op een nota. Ze besloot te wachten met het indienen van het wetsvoorstel bij de ministerraad, waardoor het plan minimaal een halfjaar vertraging zou oplopen. „Het is nodig de Tweede Kamer en sociale partners [..] over de vertraging te informeren”, schreven haar ambtenaren. Dat gebeurde niet.
Op de vraag van haar ambtenaren of Paul het wetsvoorstel wel eind oktober in een van de onderraden van de ministerraad wilde bespreken, schreef de minister: „Nee!”.
Dat de minister er kort na haar aantreden van overtuigd was dat het plan van haar voorganger van tafel moest, had volgens het ministerie niets te maken met lobbywerk. Ze kwam tot dat oordeel na het lezen van de beslisnota van 23 september, die „duidelijk laat zien dat er ook vier grote nadelen aan het afbouwen van de regeling zitten”.
Zo zou een verbod op het inhouden van loon ertoe kunnen leiden dat de overheid minder grip krijgt op de huisvesting van arbeidsmigranten en zouden uitzendbureaus minder woonruimte kunnen aanbieden – met grotere woningnood tot gevolg.
Met belanghebbenden uit de sector had Paul op dat moment nog niet gesproken. Dat gebeurde wel op 1 oktober, „om een zo breed mogelijk geluid te horen over wat er leeft”. Hierna trok Paul volgens haar woordvoerder de conclusie „dat als je arbeidsmigranten echt wilt beschermen je nu deze maatregel niet moet nemen”. Het kostte volgens de woordvoerder tijd om dat in een Kamerbrief te verwerken; die was op 29 oktober (verkiezingsdag) af.
„Werkgevers hebben een verantwoordelijkheid om goed voor hun medewerkers te zorgen en ook huisvesting goed te regelen. Daarom mogen werkgevers alleen van deze regeling gebruik maken als ze aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen. Dat toezicht verlies je met het stopzetten van de regeling”, schrijft de woordvoerder in reactie op vragen van NRC. Dat vakbond CNV deze mening deelde, woog volgens het ministerie „sterk” mee.
Bij vakbond FNV, waar men juist achter het plan van Van Hijum stond, overheerst boosheid over de actie van minister Paul. „Hier is overduidelijk de uitzendlobby bezig geweest,” zegt Jaqcie van Stigt van het hoofdbestuur van FNV. Het inhouden van een kwart van het loon door uitzendbureaus is een „enorm lucratief verdienmodel”, zegt zij. „Het is makkelijk cashen. Er moet huisvesting tegenover staan, maar die is vaak slecht: in het ergste geval slechts een vies matras. Er is geen instantie die de kwaliteit van huisvesting controleert. Het is een wetteloze situatie die zo kan blijven bestaan.”
Wat vindt VVD-minister Paul van de insinuatie van haar voorganger Van Hijum, dat ze haar oren naar de bedrijfslobby zou hebben laten hangen? „Daar zijn we het absoluut niet mee eens en het is ook niet waar”, stelt haar woordvoerder. „De verkenning en beslisnota laten zien dat er duidelijk twee kanten aan de regeling zitten. Als je arbeidsmigranten wilt beschermen moet je deze maatregel nu niet afbouwen.”


/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/11/04184720/041125BIN_2020549561_Kerkasiel.jpg)
/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/11/04162005/041125BUI_2022016262_1.jpg)
/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/11/04161235/041125BIN_2022126591_buijs.jpg)





English (US) ·