Je betovergrootoma zit in mij! | Short

2 dagen geleden 5

Diederik legt uit dat dit alles te maken heeft met hoe klein atomen zijn.

Je oma zit in me. En Julius Caesar waarschijnlijk ook. En eigenlijk iedereen die lang geleden geleefd heeft. Caesar had een longinhoud van zo’n zes liter. Bovengemiddeld grote vent. In één liter lucht zitten absurd veel deeltjes: een 2 met 23 nullen. Dus 200 duizend miljard miljard in één ademteug.

De hele atmosfeer weegt zo’n 5 miljard miljard kilo. Dat zijn zo’n 1 met 44 nullen aan luchtdeeltjes. Deel dat door elkaar en je komt uit op: 1 op de 500 miljard miljard luchtdeeltjes is ooit ingeademd door Caesar.

Als ik nu een halve liter adem, zitten daar gemiddeld 27 van zijn deeltjes in. En eigenlijk veel meer, want hij heeft z’n hele leven geademd.

Bizar toch? Atomen zijn zó klein dat je dat nauwelijks kunt bevatten. Niet alleen Caesar zit in m’n adem, maar ook Napoleon. En je oma. En die van mij. Zolang de lucht maar goed gemixt is — en dat doet de atmosfeer vanzelf. CO₂-moleculen doen er een paar jaar over om de aarde rond te reizen.

Wat deze berekening wel lastig maakt is dat soms worden zulke moleculen opgenomen door een plant die weer gegeten wordt door een koe, die jij misschien weer opeet. Of je ademt de CO₂ van die koe direct in. Je weet niet exact hoeveel van die moleculen rond zijn belijven hangen. Kortom: je draagt nu al moleculen van Caesar bij je. En van je oma. Van wie ben jij het gelukkigst dat je de atomen van in je hebt zitten?

Op zeeniveau neemt een mol gas 22.4 liter ruimte in. Dus 7,35 L lucht is ongeveer 0,33 mol. 1 mol is 6,02e23 deeltjes. Dus een derde daarvan: is 2e23 deeltjes.

De atmosfeer weegt 5e18 kilogram en bestaat voor 78% uit N2, 21% O2 en Argon ongeveer 1%. Zo kun je uitrekenen dat in de atmosfeer: ongeveer 4e18 kg aan N2 zit, 1,1e18 kg zuurstof en 5e16 kg Argon. Dan kun je uitrekenen sat er in totaal ongeveer 1e44 moleculen in de lucht zitten.

Afbeelding bovenaan dit artikel: Unsplash

Lees het hele artikel