Journalist Tijs van den Brink was al een man met meningen, nu waagt hij de overstap naar de politiek

5 uren geleden 1

Hij dacht er al een tijd over na, de overstap naar de politiek. Het wordt een lastige overgang, voorspelde presentator Tijs van den Brink in 2018 al tegenover Trouw, „omdat ik een onpartijdige journalist ben”. Maar: hij wil „meedoen” en „verantwoordelijkheid dragen”.

Nu heeft hij dus gekozen, voor de politiek, en voor het nu populaire CDA. En het had misschien ook een andere partij kunnen zijn: toen NRC hem in januari sprak, hoopte de journalist al de overstap te kunnen maken. Hij dacht bij drie à vier partijen wel aansluiting te kunnen vinden. NSC had hij eens overwogen, de ChristenUnie was geen vreemde match geweest, en hij is ook van de SGP, al bedoelt hij dan niet de partij, maar ‘Sport, Geloof en Politiek’.

Van den Brink (1970, Nijkerk) laat zijn omroep de EO achter zich, na bijna dertig jaar. Hij was een bepalend gezicht en stem met programma’s als Knevel & Van den Brink, Adieu God?, Dit is de Kwestie, Dit is de Dag, Spindoctors, God Jesus Trump!, en Op1.

Thuis, in zijn jeugd, lazen ze het Reformatorisch Dagblad, waren ze lid van de EO, luisterden ze naar Elly en Rikkert. In het gereformeerde gezin voerden ze discussies: over het gereformeerde Van Lodenstein College in Amersfoort (Van den Brink wilde er niet heen), meisjes in broek, fietsen op zondag. Hij vond zijn eigen geloofsrichting, op zijn 21ste deed hij belijdenis in een confessionele gemeente van de Protestantse Kerk Nederland, toen nog de Hervormde Kerk.

Na het Van Lodenstein bleek Van den Brink niet slim genoeg voor een baan bij de politie, zei hij in een interview met Revu. De opleiding tot sportleraar, zijn andere keuze, kwam hij evenmin binnen. Het werd journalistiek. Hij ging naar de Evangelische School voor Journalistiek, in Amersfoort. Eerst was hij een krantenman: hij begon bij het Veluws Dagblad, en werd in 1995 parlementair verslaggever voor het Friesch Dagblad.

Van 2007 tot 2014 presenteerde hij talkshow Knevel en Van den Brink, waar gemiddeld zo’n 800.000 mensen naar keken. Ongeveer tegelijkertijd liep Pauw & Witteman. Het idee van de NPO was: P&W is de linksere talkshow, K&VdB de rechtsere. Maar zo zagen de EO-mannen dat niet helemaal. Ze waren „niet links, niet rechts, maar christelijk”, aldus Van den Brink. Toen de presentator in 2014 zichzelf interviewde voor NRC Next, kon hij tevreden terugblikken op de aangesneden onderwerpen: „embryoselectie, rituele slacht of zoals afgelopen zomer christenvervolging.” De mannen waren, vond de mediaredactie van NRC, „veel beter op dreef als ze spraken over ‘typische EO-thema’s’”.

Als interviewer

In de loop der jaren probeerde Van den Brink zijn toon soms iets te matigen, minder hard of scherp te interviewen. Hij lijkt in de kern een harde interviewer. Dat werd een noodzaak toen hij de tv-serie Adieu God? begon: gesprekken over geloofservaring kunnen niet op dezelfde toon als ondervraging van een politicus. Maar, nieuwsgierig is hij altijd, ook op feestjes, soms té. Aan Revu vertelde hij: „Als mijn vrouw en ik iemand interessant vinden, dan stellen we honderduit vragen. Als mensen daar niet zichtbaar van in de war raken, dan denken wij: die ander vindt het ook een leuk gesprek.” Achteraf hoort hij dan soms dat het „toch wat veel” was.

Tegelijkertijd deed Van den Brink zijn werk met een „tegen het naïeve aanschurkende inslag”, zoals tv-recensent Arjen Fortuin het eens formuleerde. Of, zoals zijn vaste podcastgast Julia Wouters zei: ‘Tijs ziet niet zo goed de machtsstructuren. Als hij appjes krijgt van politici, Joost Eerdmans (over voetbal) of Jan Paternotte (een beterschapswens), vindt hij dat slechts een vriendelijk bericht.’ Niet meer dan dat. Van den Brink, eerder tegenover NRC: „Menselijkheid bestaat hè? Ik wil gewoon niet cynisch worden.”

Meningen

Wát er precies beter moet in dit land? Van den Brink waagde zich in gesprek met NRC een ruim half jaar geleden nog niet aan een antwoord op die vraag. Want: „Dan ga jij kijken welk partijprogramma daarbij hoort.” Hij wilde, tot hij kleur zou bekennen, als journalist geen partij-label opgeplakt krijgen.

Toch is hij tot nu toe geen man zonder meningen geweest. In zijn meest recente talkshow Dit is Tijs gaf hij vaak voorafgaand aan een gesprek zijn eigen mening, júíst om het „vertrouwen in de journalistiek te herstellen”. Dan zei hij bijvoorbeeld: bezuinigingen op ontwikkelingswerk, ben ik op tegen, zeg het tegen mij als mijn mening dit gesprek in de weg zit.

Verder maakte hij zich „totaal” geen zorgen over het feit dat vrouwen in Nederland minder uren betaald werken dan mannen, schreef hij in 2019 op de site van de EO. Over gratis kinderopvang: „Volgens mij is het simpel: als iets belangrijk is, moet je er ook tijd aan besteden.” Vaders én moeders, welteverstaan.

Van den Brink heeft zich vaker verwonderd om het ‘gebrek aan debat’ rondom abortus. In 2019 nam hij bijvoorbeeld voor nieuwsprogramma NieuwLicht poolshoogte bij anti-abortusdemonstraties bij klinieken, om te kijken of die zo intimiderend waren dat een bufferzone, waarover toen werd gesproken, echt nodig was. Begin dit jaar vroeg Van den Brink zich af waarom er niet meer discussie ontstond rondom de EO-podcast Koningswens, over abortus vanwege het geslacht van een foetus. Dat debat ontstond vervolgens, maar ging vooral over zijn wens tot zo'n debat. NRC schreef in een hoofdredactioneel commentaar dat Van den Brink met zijn oproep (niet met naam genoemd) een cultuur voedde „waarbij gepoogd wordt het vertrouwen in de rechtsstaat te ondermijnen.” Van den Brink liet daarop in een ingezonden brief in de krant weten dat hij zijn handelen „malicieus samengevat” vond.

Van den Brink zei in 2018 tegenover Trouw zich niet voor te kunnen stellen dat abortus voor hem en zijn vrouw ooit een optie kon zijn, maar zei ook: „Ik vind het te simpel om te zeggen dat abortus moord is. Daarmee doe je de mensen die hier heel serieus over nadenken [...] tekort. ”

Of de overstap van Van den Brink ook daadwerkelijk lukt, moet nog blijken. Uiterlijk 27 augustus maakt het CDA de advieslijst met Tweede Kamerkandidaten bekend, de leden stellen die lijst vast in september.

Lees het hele artikel