Wie ooit iemand heeft verloren aan kanker, herkent het waarschijnlijk wel. In de laatste maanden verliezen veel patiënten niet alleen hun kracht, maar ook hun levenslust. Maar dit is geen puur mentale kwestie: nieuw onderzoek wijst op een directe link tussen ontstekingen in de hersenen en verlies van motivatie en levenslust bij kanker.
Zelfs mensen die altijd opgewekt waren, hebben opeens helemaal geen zin meer in de dingen waar ze eerder nog zo blij van werden. Het eten smaakt hen niet meer, ze willen niks meer ondernemen en hebben weinig behoefte om mensen te zien. In de laatste fase sluiten kankerpatiënten zich grotendeels af van de buitenwereld, iets dat wetenschappers apathie noemen.
Cachexie
Deze gevoelens passen bij een aandoening die cachexie heet. Dat is een ernstige verzwakking die vaak voorkomt bij mensen met vergevorderde kanker. Het lichaam breekt zichzelf af en de geest lijkt het ook op te geven. Onderzoekers van het Cold Spring Harbor Laboratory (CSHL) hebben samen met collega’s van de Washington University in St. Louis gekeken naar deze aandoening die zorgt voor gewichtsverlies en spierafbraak, maar ook voor geestelijke uitputting. “Veel patiënten zeggen dingen als: Ik snap mezelf niet. Mijn familie heeft mijn lievelingseten gekookt, maar ik heb geen trek. Of: Mijn kleinkinderen komen langs, normaal zou ik blij zijn, maar het doet me niets”, vertelt hoofdonderzoeker Tobias Janowitz van het Cold Spring Harbor Laboratory.
Cachexie maakt het ook lastiger om de kankerbehandelingen vol te houden. De Amerikaanse wetenschappers doken het lab in en zagen dat muizen met cachexie steeds minder dopamine gingen aanmaken. Deze neurotransmitter zorgt normaal voor motivatie en plezier. Onder invloed van dopamine krijg je zin om dingen te ondernemen. Bij de zieke labdiertjes vonden ze ook veel van de stof IL-6, die al langer gelinkt wordt aan cachexie. IL-6 komt vrij bij ontstekingen. Mensen met kanker hebben vaak relatief grote hoeveelheden IL-6 in hun lichaam.
Fysieke oorzaak van apathie
Toen de wetenschappers de hoeveelheid IL-6 in bepaalde hersengebieden omlaag brachten, veranderde het gedrag van de dieren. Ze werden actiever en begonnen weer op zoek te gaan naar voedsel, zelfs als ze er flink wat moeite voor moesten doen. Hetzelfde gebeurde toen het team het dopamineniveau in die hersengebieden verhoogden. “We hebben een hersencircuit gevonden dat ontstekingen in het bloed herkent en vervolgens signalen stuurt die de motivatie onderdrukken”, vertelt onderzoeker Adam Kepecs van WashU Medicine. “Dit laat zien dat apathie geen mentale reactie is op kanker, maar echt in het lichaam zit.”
Ontsteking in de hersenen
Volgens hem is het opvallend dat deze aanpak zelfs in een laat stadium van de ziekte nog zo goed werkt. “Wat bijzonder is: zelfs bij dieren met een vergevorderde ziekte keerde de motivatie terug. Dat geeft hoop dat we ook de levenskwaliteit van mensen met kanker kunnen verbeteren door ons op datzelfde hersencircuit te richten, ook als genezing niet meer mogelijk is. Het is niet alleen maar een gevolg van lichamelijke achteruitgang. Het is een directe reactie op ontsteking in de hersenen.”
Deze fascinerende ontdekking maakt de weg vrij voor nieuwe palliatieve behandelingen. Mogelijk kunnen bestaande medicijnen tegen ontstekingen ook helpen om het leven van kankerpatiënten wat lichter te maken. “Ons doel is dat patiënten zich beter voelen én beter reageren op de behandeling van hun kanker”, zegt Janowitz. “Mensen die zich beter voelen, kunnen behandelingen beter verdragen en er ook meer van profiteren.”
De onderzoekers gaan verder op zoek naar oplossingen, samen met experts uit verschillende vakgebieden. Ze hopen dat cachexie straks iets is waar je als patiënt niet meer helemaal machteloos tegenover staat. Het kan ook al troost geven dat je weet dat het niet aan jou maar aan de kanker ligt.