Even weg uit de zomersleur in de hoogbouw: kinderen maken verhaaltjessommen en taco’s op de zomerschool

4 uren geleden 1

Op het schoolplein van katholieke basisschool De Regenboog in Zoetermeer, waar het nog volop zomervakantie is, is het op woensdagochtend een drukte van belang. Kinderen parkeren hun fietsen of lopen aan de hand van hun ouders naar de ingang, waar ze worden opgewacht door schooldirecteur Anna Vreugdenhil. Een leerling strekt haar armen uit voor een knuffel. Binnen worden ze met een high five begroet door Charif Bouhaddou, organisator van de zomerschool waar de kinderen voor komen. Een meisje van een jaar of elf houdt een kleiner kind aan de hand. „Hoi meester Charif. Gaan we vandaag koken? Ik heb mijn zusje meegenomen, zij wil ook graag meedoen.” „Gezellig hoor”, zegt Bouhaddou. „Ja, we gaan vandaag koken.”

Dalli (10) komt morgen zeker weer, zegt hij. Hij wil elke dag wel naar school

Eigenlijk is het niet de bedoeling dat kinderen uit groep 1 en 2 ook naar de zomerschool komen. Het programma, dat twee weken duurt, is bedoeld voor kinderen vanaf groep 4 (tussen de 7 en 8 jaar oud). Maar bij De Regenboog, een school met veel kinderen die gevlucht zijn uit landen als Syrië, Afghanistan en Oekraïne, doen ze daar vandaag niet moeilijk over. Als deze leerling haar zusje niet mag meenemen, moet ze misschien thuis op haar passen en kan ze zelf niet komen. En dat zou jammer zijn, zegt Vreugdenhil. Want deze kinderen, van wie de meesten wonen in de flatgebouwen rondom de school, gaan meestal niet op vakantie en hebben dringend behoefte aan wat activiteiten en gezelligheid met leeftijdsgenoten. Even weg uit de zomersleur. „En dat niet alleen. De extra schooldagen in de zomer zorgen ervoor dat de kennis die de kinderen het afgelopen schooljaar hebben opgedaan niet wegzakt.”

Kinderen van de zomerschool koken en doen knutselopdrachten.

Foto’s Bart Maat

Het idee om de school in de zomer open te stellen ontstond zes jaar geleden. Vreugdenhil moest tijdens de voorjaarsvakantie iets ophalen op school en werd op het plein aangeklampt door leerlingen. „Ze vroegen: juf, gaat de school open? Ze waren zó teleurgesteld dat de deur dicht bleef.” De school is voor de kinderen een veilige plek.

Ze vertalen alles voor elkaar

Meerzicht, vol hoogbouw uit de jaren zeventig, staat bekend als een buurt met sociale problemen. Het merendeel van de inwoners heeft laagbetaald werk of een uitkering. De criminaliteitscijfers liggen hoger dan in andere woonwijken van de stad. „In veel gezinnen is er stress”, zegt Vreugdenhil. „Daar houden we hier rekening mee.” Er zijn kinderen die trauma’s hebben. „Als we een feest hebben, hangen we nooit ballonnen op. Stel je voor dat er eentje knapt. De knal kan voor een kind een trigger zijn.”

Rolmodel

Van die problemen is vandaag weinig te merken. Ouders helpen in de aula met boterhammen smeren voor de lunch terwijl de kinderen les krijgen in taal en rekenen. Niet van hun eigen leerkrachten, maar van medewerkers van Talenten van Morgen, een stichting die ook naschoolse activiteiten en huiswerkbegeleiding verzorgt op school en in een buurthuis vlakbij. „Onze eigen leerkrachten wil ik niet inzetten”, zegt Vreugdenhil. „Die moeten in de vakantie goed uitrusten.” De medewerkers van Talenten van Morgen hebben net als veel leerlingen ook een migratieachtergrond. Bouhaddou wil graag een rolmodel voor de kinderen zijn, zegt hij. Wat hem raakt is hoe ze elkaar op school helpen. „Ze vertalen alles voor elkaar.”

Groep 4 maakt verhaaltjessommen. De juf leest voor: „Een schoonmaakbedrijf moet 73 gordijnen wassen. Ze hebben er al 22 gedaan. Hoeveel gordijnen moeten ze nog wassen?” Niet alle kinderen hebben begrepen wat ze zegt. Ze zijn nog bezig Nederlands te leren. „Wacht even”, zegt de juf. „Ik maak er een andere som van. Je hebt 73 snoepjes gekregen. En je hebt al 22 snoepjes opgegeten. Hoeveel heb je er nog?” Meteen gaan er vingers de lucht in. „51!” roept een jongen. „Lekker, snoepjes. Ik eet altijd snoepjes!”

Medewerkers van Talenten van Morgen verzorgen de lessen van de zomerschool.

Foto’s Bart Maat

Omdat er een journalist in de klas is, gaan ze het Jeugdjournaal kijken. In beeld verschijnt de Amerikaanse president Donald Trump. Daarna gaat het over de bosbranden in Spanje. „Nu mogen jullie je eigen nieuwsbericht schrijven”, zegt de juf. Daisam (8) vertaalt de opdracht voor kinderen die het niet hebben begrepen. „Ik kan niet schrijven”, zegt een Syrische jongen die nog niet lang in Nederland is. De juf begrijpt het. „Je mag ook tekenen.”

Kinderpapegaai

Na de lunch zijn er creatieve activiteiten. In de aula snijden kinderen groenten voor taco’s. Ze mogen om de beurt helpen in de keuken. De juf verzint spelletjes om het wachten minder lang te laten duren. „We gaan een woord doorfluisteren. Kennen jullie dat?” Ze fluistert het woord in het oor van zusje dat is meegekomen. Het meisje zegt het woord hardop na. Dat is niet de bedoeling. De kinderen liggen dubbel van het lachen. Nog een keer dan maar. Het woord gaat de kring rond. „Kinderpapegaai!” roept de laatste die het hoort. De juf kijkt verbaasd. „Het was kinderchocola!”

Eerst dreigden de schoolmaaltijden niet meer betaald te worden, toen het geld voor naschoolse activiteiten, en nu dit weer

Om twee uur is het programma afgelopen. Dalli (10) komt morgen zeker weer, zegt hij. Hij wil elke dag wel naar school. „Maar vrijdag en zaterdag en zondag mogen we niet”, zegt hij spijtig. Vreugdenhil zou de school liefst de hele vakantie openhouden. Maar ze is al blij als ze volgend jaar weer geld van de gemeente krijgt voor de zomerschool. Het budget dat de gemeenten van het Rijk krijgen om onderwijsachterstanden weg te werken is met 10 procent gekort. De schooldirecteur zucht. „Eerst dreigden de schoolmaaltijden niet meer betaald te worden, toen het geld voor naschoolse activiteiten, en nu dit weer. Maar dat onze zomerschool moet doorgaan, is zeker. Dan regel ik het wel op een andere manier.”

Lees ook

Meester Appie zegt een paar woorden en het is stil – zelfs op kamp. ‘Hij maakt altijd grapjes en hij wordt niet boos’

Meester Appie (Abdeljabar Marbah) tijdens het kamp van groep acht  van de OBS Nelson Mandela. Foto Wouter de Wilde
Lees het hele artikel